Bloed: functie en samenstelling

Last Updated on 6 februari 2024 by M.G. Sulman

Bloed is samengesteld uit vloeistof (plasma) en cellen (rode cellen, witte cellen en bloedplaatjes) die door het lichaam circuleren. Het hart pompt het bloed via de slagaderen naar alle cellen van het lichaam en voorziet ze aldus van zuurstof. Bloed levert naast zuurstof ook andere essentiële stoffen, zoals suikers en hormonen, aan cellen en organen en verwijdert bovendien afvalstoffen uit cellen. Dit is de functie van bloed. Bloed vormt het transportsysteem van je lichaam. 

Bloed / Bron: Wikimedia Commons

Wat is bloed?

Bloed is een rode, lichaamsvloeistof met een zeer complexe samenstelling. Het is een vitale vloeistof, aangezien het een centrale rol speelt in het transport van ademhalingsgassen (zuurstof, kooldioxide), maar ook met betrekking tot het immuunsysteem en de warmteregulatie.

Het lichaam gebruikt een vasculair systeem om ervoor te zorgen dat het bloed alle organen en weefsels van het lichaam bereikt.

Bloed bestaat uit een vloeibare component – bloedplasma – en vaste componenten – bloedcellen (rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes).

Hoeveel liter bloed heb je? Het menselijk bloedvolume is 5 tot 7 liter – afhankelijk van lichaamsgrootte en gewicht.

Samenstelling van bloed

Bloed bestaat voor 55% uit plasma en voor 45% uit bloedcellen, waaronder rode bloedcellen, witte bloedcellen en bloedplaatjes. Vanwege deze levende cellen die in het plasma zweven, wordt bloed beschouwd als een vloeibaar bindweefsel (geen vloeistof). Het is het enige vloeibare weefsel in het lichaam.

Plasma

Het vloeibare component van bloed wordt plasma genoemd. Dit is het gedeelte van bloed zonder de bloedcellen en de bloedplaatjes die er normaal in gesuspendeerd zijn. Dit is een mengsel van water, suiker, vet, eiwit en zouten. Bloedplasma is licht- tot grijsgeel van kleur.

De belangrijkste taak van het plasma is om bloedcellen door het lichaam te transporteren, samen met voedingsstoffen, afvalproducten, antilichamen, stollingseiwitten, chemische boodschappers zoals hormonen en eiwitten die helpen de vochtbalans van het lichaam in stand te houden.

Rode bloedcellen

Rode bloedcellen, ook wel erytrocyten genoemd, staan bekend om hun felrode kleur. Dit zijn de meest voorkomende cellen in het bloed. Ze zijn goed voor ongeveer 40 tot 45 procent van het volume. Een rode bloedcel is heel klein (0,008 millimeter doorsnede) en ziet eruit als een rond kussentje of donut met aan beide kanten een holte.

De productie van rode bloedcellen wordt gecontroleerd door erytropoëtine (eop). Dit is een hormoon dat voornamelijk door de nieren wordt geproduceerd. Rode bloedcellen beginnen als onrijpe cellen in het beenmerg. Ze komen na ongeveer zeven dagen rijping vrij in de bloedbaan. Rode bloedcellen leven 120 dagen.

Rode bloedcellen bevatten een speciaal eiwit, hemoglobine (Hb) genaamd. Dit eiwit vervoert zuurstof van je longen naar de rest van je lichaam. Tegelijkertijd voert het de afvalstof koolstofdioxide (CO2) af van je bloedbanen naar je longen, zodat het kan worden uitgeademd.

Bloed lijkt rood vanwege het grote aantal rode bloedcellen, die hun kleur krijgen van de hemoglobine. Het percentage van het volbloedvolume dat uit rode bloedcellen bestaat, wordt de hematocriet (afkorting: HT of HCT) of hematocrietwaarde genoemd. Dit is een maatstaf voor het aantal rode bloedcellen.  De hematocriet wordt bepaald door een buisje bloed te centrifugeren:

  • onderin verzamelen zich de rode bloedcellen
  • vervolgens komen de witte bloedcellen
  • boven in de buis zit het plasma

Referentiewaarden (in liter per liter bloed):

  • mannen: 0,41 – 0,51 L/L
  • vrouwen: 0,36 – 0,46 L/L
De hematocriet wordt bepaald na centrifugeren / Bron: Wikimedia Commons

Witte bloedcellen

Witte bloedcellen, ook wel leukocyten genoemd, beschermen je lichaam tegen infectie. Ze zijn veel minder in aantal dan rode bloedcellen, goed voor ongeveer 1 procent van je bloed.

Het meest voorkomende type witte bloedcel is de neutrofiel, goed voor 55 tot 70 procent van het totale aantal witte bloedcellen. Je beenmerg maakt constant nieuwe neutrofielen aan. Neutrofielen hebben onder meer tot doel om bacteriën en micro-organismen te omringen en te vernietigen.

Een andere belangrijke type witte bloedcel is een lymfocyt. Dit type witte bloedcel wordt in het rode beenmerg gevormd uit een lymfoïde voorlopercel en rijpt in de lymfoïde organen. Lymfocyten zijn een specifiek type witte bloedcellen die een belangrijke rol spelen in het immuunsysteem.

Bloedplaatjes

Bloedplaatjes worden ook wel trombocyten genoemd. Ze spelen een belangrijke rol in het eerste deel van de bloedstolling door zich op de plaats van een verwonding te verzamelen, aan de bekleding van het gewonde bloedvat te kleven en aldus een platform te vormen waarop bloedstolling kan plaatsvinden. Dit resulteert in de vorming van een fibrinestolsel, dat de wond bedekt en voorkomt dat bloed naar buiten lekt.

Rode en witte bloedcel en in het midden een bloedplaatje / Bron: Wikimedia Commons

Functie van bloed

Transportsysteem van je lichaam

Een van de belangrijkste functies van bloed is transport. Bloedvaten zijn als netwerken van wegen waarlangs stoffen worden getransporteerd en geleverd, maar waarlangs ook afvalverwijdering plaatsvindt. Zuurstof, voedingsstoffen en hormonen worden door het lichaam afgegeven in het bloed en koolstofdioxide en andere afvalproducten worden verwijderd.

Het hart pompt constant bloed rond. Bloed beweegt dus altijd door het lichaam. Het staat nooit stil.

Aanvoer van zuurstof

Het transporteren van zuurstof is een vitale rol van de rode bloedcellen. De belangrijkste functie van de rode bloedcellen is het transporteren van zuurstof en koolstofdioxide van de longen naar de weefsels. Dit doen ze met behulp van hemoglobine. Het zijn de miljoenen ijzerhoudende hemoglobine-eiwitten die bloed rood maken. Moleculen waaraan meer zuurstof is gebonden, zijn helderder rood. Alle cellen in het lichaam hebben behoefte aan zuurstof en voedingsstoffen voor de celademhaling of dissimilatie.

Tegelijkertijd nemen rode bloedcellen koolstofdioxide op dat uit de cellen is vrijgekomen en in de bloedbaan terecht is gekomen.

Alle systemen in je lichaam zijn afhankelijk van zuurstof om energie te maken. Als het bloed de ingeademde zuurstof niet naar je organen en weefsels zou brengen, dan zou je niet in staat zijn om normale functies uit te voeren, zoals het bewegen van spieren, het verteren van voedsel of denken (hersenactiviteit). Bloed betekent dus letterlijk leven!

Afvoer van kooldioxide

Tegelijkertijd nemen rode bloedcellen afvalkoolstofdioxide op dat uit de cellen is vrijgekomen en in de bloedbaan terecht is gekomen. In de longen verplaatst het koolstofdioxide zich van het bloed naar de lucht en wordt het uitgeademd.

Aanvoer van voedingsstoffen

Het bloed vervoert voedingsstoffen zoals vitamines, mineralen, suikers, vetten en eiwitten door het lichaam. Verteerde voedingsstoffen worden via haarvaten in de dunne darm in het bloed opgenomen. Ze worden vervolgens verplaatst naar de cellen in het lichaam waar ze nodig zijn.

Afvoer van afvalproducten naar de nieren en lever

Bloed transporteert afvalstoffen naar de organen die ze afvoeren en verwerken voor eliminatie. Zo wordt overtollig water door de nieren uitgefilterd en worden gifstoffen door de lever uit het bloed verwijderd.

Transport van hormonen

Hormonen zijn stofjes die je lichaam zelf aanmaakt. Ze regelen allerlei functies van je lichaam en beïnvloeden allerlei processen, waaronder groei, ontwikkeling, stemming, metabolisme, voortplanting en de werking van je organen. Hormonen verplaatsen zich door het lichaam via het bloed. Dit maakt communicatie tussen organen mogelijk. Hormonen zijn de boodschappers in jes lichaam. Zij geven je cellen de juiste boodschappen.

Hormonen worden door (hormoonproducerende) klieren in het bloed uitgescheiden en vervolgens naar hun doelorganen getransporteerd waar ze hun werking uitoefenen. Ze geven boodschappen door naar cellen over het hele lichaam. Zodra de hormonen een doelcel bereiken, binden ze zich aan receptoren aan de binnen- of buitenkant van de cel.

Bescherming van het lichaam

Een andere belangrijke functie van bloed is bescherming. Witte bloedcellen helpen infecties en ziekten te bestrijden.

Regelen van de lichaamstemperatuur

Bloed absorbeert en verdeelt warmte door het lichaam. Het helpt de homeostase te behouden door het vrijgeven of behouden van warmte. Bloedvaten zetten uit en trekken samen wanneer ze reageren op externe organismen, zoals bacteriën, en op interne hormonale- en chemische veranderingen. Deze veranderingen doet bloed en warmte verplaatsen: ofwel dichter naar of juist verder van het huidoppervlak, waar warmte verloren gaat.

Handhaven van de bloedstolling

Wanneer een bloedvat scheurt, werken bloedplaatjes en plasma-eiwitten samen om bloedverlies te stoppen. Bloedplaatjes, ook wel trombocyten genoemd, klonteren samen en vormen een soort plug in het beschadigde gebied. Dit proces heet trombocytenaggregatie. De eiwitten vormen draden die fibrinen worden genoemd om het proces te voltooien: bloeding gestopt.

Reacties en ervaringen

Hieronder kun je reageren op dit artikel. Reacties worden niet automatisch (direct) gepubliceerd. Dit gebeurt nadat ze door de redactie gelezen zijn. Dit om ‘spam’ of anderszins ongewenste c.q. ongepaste reacties eruit te filteren. Daar kunnen soms enige uren overheen gaan.