IJje Wijkstra pleegde viervoudige doodslag in 1929

Last Updated on 18 september 2024 by M.G. Sulman

IJje Wijkstra (ook IJe en Eije) was een man geboren op 4 juli 1895 in Doezum, een streekdorp in de gemeente Westerkwartier in de Nederlandse provincie Groningen. Hij werd berucht vanwege het plegen van viervoudige doodslag in 1929 aan de Polmalaan (vroeger Rottelaan) tussen Kornhorn en Doezum. Op 18 januari 1929 begaven twee gemeenteveldwachters, in gezelschap van twee rijksveldwachters, zich naar de woning van IJje, waar zich ook bevond Aaltje van de Tuin, echtgenote van Hendrik Wobbes, die haar kinderen onder zeer behoeftige omstandigheden moedwillig had verlaten en bij IJje was ingetrokken. Hendrik bevond zich op dat moment in hechtenis in Veenhuizen vanwege een diefstal. Teneinde deze vrouw voor de officier van justitie te Groningen te kunnen geleiden wegens het in de steek laten van haar kinderen, begaven de vier veldwachters zich vroeg in de morgen naar de woning van IJje, die hen achtereenvolgens neerschoot en bovendien met een mes ernstige verwondingen toebracht. IJje werd in 1929 tot levenslang veroordeeld, wat later in hoger beroep werd omgezet in 20 jaar gevangenisstraf

IJke Wijkstra / Bron: DE VIERVOUDIGE MOORD TE GROOTEGAST. IJje Wijkstra voor het Gerechtshof. Een nader onderzoek in verband met nieuwe processen-verbaal. Psychiatrisch onderzoek van verdachte.. “Nieuwsblad van Friesland : Hepkema’s courant”. Heerenveen, 21-06-1929, p. 1. Geraadpleegd op Delpher op 12-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010761445:mpeg21:p005

Viervoudige doodslag in 1929 door IJje Wijkstra

In januari 1929 heeft een werkloze bouwvakker genaamd IJje Wijkstra (Doezum, 4 juli 1895 – Eindhoven, 6 juni 1941) op het erf van zijn huis in Doezum, ten westen van Grootegast in de provincie Groningen, vier veldwachters gedood. Ze kwamen om een vrouw bij hem weg te halen met wie hij samenwoonde, omdat ze haar zes kinderen had achtergelaten. Deze gebeurtenis staat bekend als ‘de (viervoudige) moord van Grootegast’ en veroorzaakte destijds veel ophef. Men vreesde zelf een volksgericht.1FELLE HAAT TEGEN WIJKSTRA.. “De courant Het nieuws van den dag”. Amsterdam, 21-01-1929, p. 7. Geraadpleegd op Delpher op 12-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB15:000600017:mpeg21:p00007

IJje Wijkstra werd de meest gehate man van Nederland en het was moeilijk om zijn daad destijds objectief te bekijken. De man werd afgeschilderd als een geniepige sluipschutter, een woesteling, een
onmens, een wild beest.2Libbe Henstra, Het teken van het beest: IJje Wijkstra en de geschiedenis van de viervoudige politiemoord, 18 januari 1929 (proefschrift, Universiteit Leiden, 2012) Uit onderzoek van stukken in het gemeentearchief van Grootegast en uit gesprekken met een voormalige boezemvriend blijkt dat Wijkstra geen woest figuur was maar eigenlijk een geremde vent; geen kwaaie kerel, maar wel geobsedeerd door de vrouw met wie hij samenwoonde.3De buurman van IJje Wijkstra. “De Volkskrant”. ‘s-Hertogenbosch, 13-04-1974. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010849834:mpeg21:p017

Voor deze slachting was IJje nauwelijks met justitie in aanraking gekomen. Op 3 februari 1915 werd de vrijbuiter veroordeeld wegens overtreding van de Jachtwet en op 28 februari 1925 wegens het overtreden van de Vuurwapenwet.4Groningse rechter reconstrueert gruwelijke moord van Grootegast. “De Telegraaf”. Amsterdam, 12-02-1979, p. T5. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110607773:mpeg21:p005 Van een gewelddadig en confrontationeel verleden lijkt geen sprake.

IJje Wijkstraf / Bron: Groningse rechter reconstrueert gruwelijke moord van Grootegast. “De Telegraaf”. Amsterdam, 12-02-1979, p. T5. Geraadpleegd op Delpher op 12-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110607773:mpeg21:p005

Wie was IJje Wijkstra?

Tijdens de rechtszitting beschreef IJje’s raadsman hem als wispelturig, ongedurig en onevenwichtig, maar hij kon het echter wel met iedereen goed kon vinden, ook met de politie. Bij verkiezingen stemde hij niet: hij deed niet aan politiek. Hij leefde zijn eigen vrije leventje. Hij hield veel van zijn moeder. Op de harmonica speelde hij vrolijke wijsjes, voor zijn orthodox denkende moeder echter alleen psalmen, aldus de pleiter. Voorts merkte de raadsman op dat IJje ‘spiritistische en andere, zijn geest ondermijnende, lectuur las’. Het overweldigde hem, hij werd er volgens de raadsman bijgelovig van.5Hij deed niet aan politiek.. “Het volk : dagblad voor de arbeiderspartij”. Amsterdam, 24-04-1929, p. 2. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011115259:mpeg21:p002

IJje Wijkstra zag op 4 juli 1895 het levenslicht. Hij was jongste van zeven kinderen, van wie twee op jeugdige leeftijd zijn gestorven, en hij werd danig verwend.6Blokhuispoort. IJje Wijkstra. https://www.blokhuispoort.nl/home/beruchte-gevangenen/ijje-wijkstra/ (ingezien op 12-3-2023)

Zijn vader was klompenmaker; hij werkte erg secuur, doch langzaam. Als losse arbeider verdiende hij nauwelijks genoeg verdiende om het gezin te onderhouden. Ze groeiden op in armoede. Zijn moeder was een vrome vrouw, alleen een beetje klagerig en zenuwachtig.7Groningse rechter reconstrueert gruwelijke moord van Grootegast. “De Telegraaf”. Amsterdam, 12-02-1979, p. T5. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110607773:mpeg21:p005 Er waren vaak ruzies tussen zijn (Hervormde) vader en (Gereformeerde) moeder, die niet zelden uitmondden in handtastelijkheden.

IJje was een middelmatige leerling op school en verliet deze op twaalfjarige leeftijd om als leerling-metselaar te gaan werken. Hij ging vaak met zijn vader stropen. Hij kon goed overweg met een geweer en was een vrijbuiter die weinig op had met gezag.

Op zeventienjarige leeftijd dronk IJje voor de eerste keer alcohol in een herberg en al snel werd hij een drinker. Hij rookte ook veel en stond bekend om zijn opvallende uiterlijk met een scheve pet en een rode halsdoek, die paste bij zijn stoere pijp.

De omgeving waarin IJje opgroeide was er een van vrijbuiterij. De omgeving werd toentertijd omschreven als een gebied dat ‘donker was van misdaad’, met een geheel eigen mores. Een van de vier veldwachters, Hoving, had vaak te maken gehad met stropers en vechtersbazen en zelfs met een ‘enkele mensendoder’.8De verhalen Groningen. IJje Wijkstra op stroperspad. https://www.deverhalenvangroningen.nl/alle-verhalen/ijje-wijkstra-op-stroperspad (ingezien op 12-3-2023)

Doezum / Bron: Google Maps

IJje leerde Aaltje kennen

IJje Wijkstra kwam vaak over de vloer bij Hendrik Wobbes. Deze draaide de grammofoon en IJje studeerde de liedjes in met zijn harmonica. Bij het spelen sprongen hem soms de tranen in de ogen.9Groningse rechter reconstrueert gruwelijke moord van Grootegast. “De Telegraaf”. Amsterdam, 12-02-1979, p. T5. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110607773:mpeg21:p005

IJje leerde er ook Aaltje van der Tuin kennen, de vrouw van Hendrik. Aaltje was opgegroeid in armoede, in een modderhut in het dorp Harkema, in de provincie Friesland en niet ver van Doezum. Nadat Hendrik wegens diefstal van een zak wol in de gevangenis van Veenhuizen terechtkwam, kreeg IJje een verhouding met Aaltje en zij trok bij hem in. Ze liet haar zes kinderen onverzorgd achter. De toen 33-jarige IJje woonde in 1929 met zijn moeder samen in een daglonershuisje, maar toen Aaltje bij IJje introk, ging zijn moeder bij haar zoon Hendrik wonen, iets verderop, ook aan de Polmalaan. Volgens het verhaal van IJje was het net andersom: moeder ging bij Hendrik inwonen omdat ze niet veel meer kon en ziekelijk was en toen kwam Aaltje bij hem inwonen.10De verhalen van Groningen. IJje Wijkstra en de moorden in Doezum. https://www.deverhalenvangroningen.nl/alle-verhalen/ije-wijkstra-en-de-moorden-in-doezum (ingezien op 12-3-2023)

Twee veldwachters probeerden Aaltje ervan te overtuigen, dat zij naar haar kinderen terug moest gaan, maar de vrouw bleef weigeren.

Wegens het in de steek laten van haar kinderen (leeftijd een tot veertien jaar), wilde het Openbaar Ministerie in Groningen Aaltje horen. Op 18 januari 1929 gingen twee gemeentelijke veldwachters en twee rijksveldwachters op pad om Aaltje van der Tuin op te halen. Maar toen ze aankwamen bij het huis van IJje Wijkstra werden ze alle vier doodgeschoten. Vervolgens stak IJje het huis in brand. Dit was een zeer schokkende gebeurtenis voor de lokale gemeenschap.

De 6 kinderen die Aaltje in de steek liet / Bron: Groningse rechter reconstrueert gruwelijke moord van Grootegast. “De Telegraaf”. Amsterdam, 12-02-1979, p. T5. Geraadpleegd op Delpher op 12-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110607773:mpeg21:p005

De situatie waarin Aaltje leefde

Voorafgaand aan het bevel om de woning van IJje binnen te treden en Aaltje aan te houden, was er sprake van een situatie waarbij Aaltje en haar man Hendrik met hun zes kinderen in armoede leefden in een klein huisje op de heide. Wobbes pleegde diefstallen en werd gearresteerd en veroordeeld tot anderhalf jaar gevangenisstraf. Tijdens zijn gevangenschap schreef hij brieven naar zijn vrouw waarin hij wraak plande tegen de veldwachters die hem hadden aangehouden. Aaltje van der Tuin bleef met de kinderen achter en ontving ondersteuning van het Burgerlijk Armbestuur, een instelling die tussen 1854 en 1964 in Nederland de zorg aan armen, zieken en gebrekkigen regelde. 11Huis van de Ninjmeegse geschiedenis.Burgerlijk Armbestuur. https://www.huisvandenijmeegsegeschiedenis.nl//info/Burgerlijk_Armbestuur (ingezien op 12-3-2023) Boezemvriend van IJje, Durk Dam, zegt hierover:

“Toen kreeg die vrouw twee gulden onderhoud voor de kinderen. Daar onderhoud je zes kinderen geen week van.”12De buurman van IJje Wijkstra. “De Volkskrant”. ‘s-Hertogenbosch, 13-04-1974. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010849834:mpeg21:p017

Na een tijdje verliet ze haar kinderen onder het mom van onvoldoende ondersteuning en zij trok bij de ongehuwde IJje Wijkstra in. Toen zij thuis weg was moesten de kinderen naar een werkhuis.

De fatale dag

De burgemeester van Grootegast, Wolter Bonnema, kreeg van de plaatsvervangend officier van justitie bij de Rechtbank in Groningen de de opdracht om Aaltje aan te houden en naar Groningen te laten brengen. De burgemeester besloot om vier veldwachters in te zetten om Aaltje op die bitterkoude dag, toen het vroor dat het kraakte en er sneeuw lag, op te halen. Blijkbaar verwachtte de burgemeester dat er problemen zouden kunnen ontstaan bij de aanhouding van Aaltje. IJje stond bekend als een ervaren schutter. Een voormalige boezemvriend van IJje zegt hierover:

“IJje was een beste schutter. We liepen ‘s zomers wel langs de sloten en dan had je daar van die snoeken doodstil in het water staan. Die kon hij achter mekaar raken. Ik heb er bijgestaan dat hij Karel Friso een halve stuiver tussen de vingers vandaan schoot. Ik zeg, bliksem jong, dat kan je niet doen. Dat is veel te gevaarlijk. Maar hij zei: ‘Ik heb een hele vaste hand van schieten.’ Karel ging verderop staan en legde zijn hand op een hekpaal. Nou, hij schoot; hem ‘t geldstuk zo tussen de vingers weg.

Hij had drie geweren, een Duits soldatengeweer, een gewone vuurbuks en een jachtgeweer en dan nog twee browningpistolen. Hij mocht ze niet hebben, maar Van der Molen [veldwachter te Grootegast en een van de slachtoffers van het drama] wist heel goed, dat hij ze had. Hij kwam wel eens langs:’ Uje, heb je ook geschut?’ ‘Jawel’, zei Wijkstra, ‘dat heb ik. Maar je denkt toch niet, dat ik zeg; hier is het. Doe maar huiszoeking.’ ‘t Is nooit gebeurd. Ach, Van der Molen was geen kwaaie kerel en Wijkstra en hij konden eigenlijk wel goed met elkaar overweg. Ik geloof dat er niks gebeurd was als Van der Molen die morgen alleen was gegaan”.13De buurman van IJje Wijkstra. “De Volkskrant”. ‘s-Hertogenbosch, 13-04-1974. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010849834:mpeg21:p017

Met een oproep voor Aaltje en een bevel tot medebrenging komen de veldwachters Mient van der Molen, Hielke Hoving, Albertus Meijer en Jan Werkman op die fatale dag op 18 januari 1929 ‘s morgens vroeg bij de woning van IJje. Aaltje en IJje slapen nog in de bedstede. Ze worden wakker, omdat de veldwachters op de ramen kloppen. Aaltje wordt hysterisch van angst, werpt zich op de vloer en roept: “Ik wil niet mee. Dan zie je me nooit weer.”14Groningse rechter reconstrueert gruwelijke moord van Grootegast. “De Telegraaf”. Amsterdam, 12-02-1979, p. T5. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:110607773:mpeg21:p005

IJje wordt woedend. Hij schiet eerst met een repeteerpistool vijf keer door een kier tussen de voordeur en het kozijn. Van der Molen moet dat met zijn leven bekopen. Daarna pakt IJje zijn karabijn. Via de achterdeur glipt hij naar buiten op zoek naar de andere drie veldwachters, die dekking zochten in een droge sloot. Uiteindelijk werden ze ook gedood door Wijkstra’s scherpschuttersvaardigheden. Maar hij sneed ze ook nog met een mes de keel door. Zelf raakt IJje lichtgewond. Dan pakt hij de petroleumkan en giet de inhoud ervan leeg over z’n schamele huisraad en steekt de brand er in. Hij brengt Aaltje onder bij een neef en vlucht vervolgens naar Groningen. Op weg naar het ziekenhuis wordt hij aangehouden.

Wat er overbleef van de woning van IJje / Bron: DE DADER.. “Nieuwsblad van het Noorden”. Groningen, 19-01-1929, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 12-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010668616:mpeg21:p009

Wat bezielde IJje?

In april 1929 schrijft IJje in de gevangenis zijn levensgeschiedenis op verzoek van de psychiaters Grünbaum en Roels. Over de 18e januari 1929 staat daarin:

“Zoals reeds gezegd, mijn gevoel is op alle gebied zeer oppermachtig en toen zij op de morgen van de 18e januari in grote angst zat, omdat de politie haar wilde weghalen, toen kreeg ik groot medelijden met haar, ofschoon ik nu geloof dat er veel komedie bij was.” (…)15De buurman van IJje Wijkstra. “De Volkskrant”. ‘s-Hertogenbosch, 13-04-1974. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010849834:mpeg21:p017

Zijn emoties krijgen de overhand en hij gaat tot actie over:

“Er is veel voorgevallen voordat het met de politie tot een botsing kwam. Als de politie komt om Aaltje bij mij weg te halen, welt er een geweldige drift en woede in mij op, tegen de mannen die de vrouw, waarop ik meende recht te hebben, van mij wilden afnemen.” (…)16De buurman van IJje Wijkstra. “De Volkskrant”. ‘s-Hertogenbosch, 13-04-1974. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010849834:mpeg21:p017

Gevraagd naar het motief van zijn daad door een rechercheur, antwoordt IJje kortaf:

“Ze hebben me getart’”17RTV Noord. Deze dag: IJje Wijkstra inzet van een geleerde ruzie. https://www.rtvnoord.nl/nieuws/844487/deze-dag-ijje-wijkstra-inzet-van-een-geleerde-ruzie (ingezien op 12-3-2023)

Later komt hij weer bij zinnen. In een brief aan zijn advocaat, mr M. Levie, schrijft IJje het volgende:

“De bezetenheid of maanziekte, want dat was het, heeft mij verlaten en ik ben weer de redelijke mens met de goddelijke drang om goed te doen. (…) De maatschappij tonen, dat ik niet de .misdadiger ben waarvoor men mij houdt, dat is wel mijn heiligste wens. God zij dank dat daar nog eens weer de mogelijkheid voor openstaat, als ik nu die lange straftijd maar doorkom en mij maar geen ziekte, dood of krankzinnigheid overvalt, voor het laatste maak ik mij nog het meeste bezorgd.”(…)18De buurman van IJje Wijkstra. “De Volkskrant”. ‘s-Hertogenbosch, 13-04-1974. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010849834:mpeg21:p017

En over Aaltje van der Tuin schrijft hij:

“Nee, wij waren beiden slaven van de hartstocht, meer dan slaven. A. door gewoonte en dierlijke ontwetendheid, ik door de bedwelming der ongewone roes, want ik heb nimmer eerder seksuele daad met een vrouw gepleegd (…) Nu viel ik in deze maalstroom, want bij A. bleef voor het eerst dat gevoel van onmacht weg.”19De buurman van IJje Wijkstra. “De Volkskrant”. ‘s-Hertogenbosch, 13-04-1974. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010849834:mpeg21:p017

In een brief aan zijn broer zet hij zichzelf neer als ‘het beest’, de Bijbelse antichrist en Aaltje dicht hij de rol toe van verleidster, de scharlaken hoer van Babylon. Beide figuren komen voor in het Bijbelboek Openbaring van Johannes, ook wel Apocalyps genoemd.20Libbe Henstra, Het teken van het beest: IJje Wijkstra en de geschiedenis van de viervoudige politiemoord, 18 januari 1929 (proefschrift, Universiteit Leiden, 2012)

De vier slachtoffers

De slachtoffers zijn:

  • Mient van der Molen, gemeente-veldwachter te Grootegast, oud 63 jaar en weduwnaar, bij wien nog 1 dochter inwoonde;
  • Jan Werkman, rijksveldwachter te Sebaldeburen, oud 45 jaar, die een vrouw en 3 kinderen nalaat, van wie de jongste nog geen jaar oud was;
  • Hielke Henderikus Hoving, oud 39 jaar, rijksveldwachter te Opende, die een vrouw en 2 nog jonge kinderen, van iw het jongste pas onlangs werd geboren, nalaat;
  • Aldert Meijer, gemeente-veldwachter te Opende, oud 33 jaar, die een vrouw en 4 jonge kinderen nalaat.

Alle slachtoffers stonden zeer gunstig bekend en waren zeer sympathieke ambtenaren, die niemand een kwaad hart toedroegen, zo werden ze gekarakteriseerd in de media.21DE VIERVOUDIGE MOORD TE GROOTEGAST. Nadere bijzonderheden.. “Provinciale Noordbrabantsche en ‘s Hertogenbossche courant”. ‘s Hertogenbosch, 19-01-1929. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMSADB01:000013180:mpeg21:p013.\

Het drama in Doezum trok zowel in als buiten Nederland veel aandacht en de begrafenissen van de vier veldwachters werden nationale gebeurtenissen.

De slachtoffers / Bron: DE DADER.. “Nieuwsblad van het Noorden”. Groningen, 19-01-1929, p. 9. Geraadpleegd op Delpher op 12-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010668616:mpeg21:p009

Hoe het afliep met IJje en Aaltje

De rechtbank achtte IJje schuldig aan doodslag, driemaal gepleegd (op Hoving, Van der Molen en Werkman) en aan moord, eenmaal gepleegd (op Meijer). Hij werd conform de eis van de officier van justitie veroordeeld tot levenslange gevangenisstraf. Wijkstra tekende beroep aan en het gerechtshof achtte Eije Wijkstra schuldig aan doodslag, vier maal gepleegd. Hij werd veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twintig jaar.

In gevangenschap kreeg hij tuberculose en werd hij steeds somberder. Hij besloot zelfmoord te plegen door met een aardappelmesje zijn buik open te snijden, maar hij overleefde dit.22Blokhuispoort. IJje Wijkstra. https://www.blokhuispoort.nl/home/beruchte-gevangenen/ijje-wijkstra/ (ingezien op 12-3-2023) Nadat hij volledig was verzwakt en uitgeteerd was door de tbc, werd IJje in 1941 overgebracht van de strafgevangenis in Leeuwarden naar het Rijkskrankzinnigengesticht in Woensel. Slechts twee weken later blies hij zijn laatste adem uit.

Aaltje Wobbes werd veroordeeld tot 1 jaar gevangenisstraf omdat ze haar kinderen in de steek had gelaten en werd in 1980 herenigd met vier van haar kinderen. Terugblikkend zegt ze dat ze haar kinderen in de steek had gelaten met als doel om ze opgenomen te krijgen in het armenhuis, omdat ze er zelf niet meer voor kon zorgen.23Aaltje van der Tuin herenigd met kinderen ‘Ik wil alles wat ik miste inhalen’. “Nieuwsblad van het Noorden”. Groningen, 30-12-1980, p. 3. Geraadpleegd op Delpher op 11-03-2023, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:011019200:mpeg21:p003

Gedenksteen aan de Polmalaan (vroeger Rottelaan) tussen Kornhorn en Doezum waar het drama zich voltrok / Bron: Wikimedia Commons

Het teken van het beest (film)

Het teken van het beest is een Nederlandse film uit 1980 van Pieter Verhoeff. Het verhaal is gebaseerd op ware gebeurtenissen rond IJje Wijkstra.

Reacties en ervaringen

Hieronder kun je reageren op dit artikel. Je kunt bijvoorbeeld je ervaringen delen over dit onderwerp. Wij stellen reacties zeer op prijs. Reacties worden niet automatisch (direct) gepubliceerd. Dit gebeurt nadat ze door de redactie gelezen zijn. Dit om ‘spam’ of anderszins ongewenste c.q. ongepaste reacties eruit te filteren. Daar kunnen soms enige uren overheen gaan.