Last Updated on 22 februari 2025 by M.G. Sulman
Oké, even serieus. We gaan het hebben over vrouwenbesnijdenis – een onderwerp dat bij sommigen direct een ongemakkelijk gevoel oproept en bij anderen vragen. Bestaat dat echt nog? Wordt dat ook in Nederland gedaan? Is het een religieuze traditie of eerder een cultureel fenomeen dat hardnekkig in stand wordt gehouden? Het korte antwoord: ja, het gebeurt nog. En ja, ook in Nederland. Maar zoals met veel zaken die diep geworteld zitten in geschiedenis, identiteit en groepsdynamiek, is het verhaal niet zo simpel als ‘slecht’ of ‘goed’. De praktijk van vrouwenbesnijdenis – of zoals de Wereldgezondheidsorganisatie het noemt: Female Genital Mutilation (FGM) – is een complexe mix van traditie, religie, controle, sociale druk en misvattingen. Maar laten we niet te snel gaan. We beginnen bij het begin: waar komt dit vandaan? Waarom werd het ooit gedaan? En hoe zit het met de rol van religie? Pak een kop thee (of iets sterkers, als je wil) en laten we duiken in een stukje geschiedenis dat schokkender is dan menig thriller.
Inhoud
- 1 FAQ vrouwenbesnijdenis: alles wat je altijd al wilde weten (maar niet durfde te vragen)
- 2 Vormen van vrouwenbesnijdenis: wat wordt er precies gedaan?
- 3 Casus: Het ritueel dat geen keuze laat
- 4 Geschiedenis van vrouwenbesnijdenis
- 5 Religieuze en culturele achtergronden
- 5.1 Hoe cultuur en geloof door elkaar zijn gaan lopen
- 5.2 De hadith-kwestie: zwak, maar hardnekkig
- 5.3 De Shafi’i-interpretatie: van mustahabb naar wajib
- 5.4 Christendom en vrouwenbesnijdenis? Ja, dat bestaat ook
- 5.5 Culturele druk: “Als jij het niet doet, hoort ze er niet bij”
- 5.6 Hoe diep zit dit in Nederland?
- 5.7 De grote vraag: waarom stopt het niet?
- 6 De Shafi’i-wetsschool en vrouwenbesnijdenis: tussen religie en traditie
- 7 De drie andere grote wetscholen: tussen aanbeveling en traditie
- 8 Vrouwenbesnijdenis wereldwijd: een probleem dat zich niet laat begrenzen
- 9 Medische en psychologische gevolgen: levenslange littekens
- 10 Juridische en mensenrechtenaspecten: de strijd op papier
- 11 Juridische en mensenrechtenaspecten: waar de wet faalt en cultuur wint
- 12 Huidige bestrijding en toekomstperspectief: de lange weg naar verandering
- 13 Bijbelse argumenten tegen vrouwenbesnijdenis (FGM): hoe christenen de strijd voeren en voerden
- 13.1 Het menselijk lichaam is geschapen naar Gods beeld (Imago Dei)
- 13.2 Het Nieuwe Testament verwerpt schadelijke tradities
- 13.3 Besnijdenis in de Bijbel gaat over het verbond – en is NIET voor vrouwen
- 13.4 Jezus gaf vrouwen waardigheid, geen onderdrukking
- 13.5 Het lichaam is een tempel, en je verminkt een tempel niet
- 13.6 Hoe deze argumenten worden gebruikt in de strijd tegen FGM
- 14 Hoe christenen door de eeuwen heen hebben gestreden tegen vrouwenbesnijdenis
- 14.1 Vroege christelijke weerstand in Egypte en Noord-Afrika
- 14.2 Europese missionarissen en de eerste georganiseerde weerstand (19e eeuw)
- 14.3 Katholieke en protestantse kerken nemen een standpunt in (20e eeuw)
- 14.4 Christelijke Afrikaanse leiders pakken de strijd op (21e eeuw)
- 14.5 Waar staan christenen nu in de strijd tegen FGM?
- 14.6 Conclusie
- 15 Reacties en ervaringen
FAQ vrouwenbesnijdenis: alles wat je altijd al wilde weten (maar niet durfde te vragen)
Vrouwenbesnijdenis blijft een gevoelig onderwerp waar veel vragen over bestaan, maar te weinig eerlijke antwoorden. Er zijn feiten, fabels, halve waarheden en mythes die zich al generaties lang in stand houden. Is het echt een religieus ritueel? Doet het altijd pijn? En waarom kiezen moeders er nog steeds voor? In deze FAQ duiken we diep in de meest gestelde vragen over vrouwenbesnijdenis. Geen omwegen, geen poespas — gewoon duidelijke antwoorden, recht voor z’n raap. Want hoe meer we weten, hoe beter we kunnen begrijpen én helpen.
| Vraag | Antwoord |
|---|---|
| Wat is vrouwenbesnijdenis precies? | Vrouwenbesnijdenis – of female genital mutilation (FGM) – is het wegsnijden, beschadigen of veranderen van de vrouwelijke geslachtsorganen zonder medische noodzaak. Vaak wordt het gezien als een ‘cultureel ritueel’, maar in realiteit is het pure verminking met zware lichamelijke en psychische gevolgen. |
| Waarom gebeurt vrouwenbesnijdenis nog steeds? | Traditie, sociale druk en misvattingen. In sommige culturen wordt het gezien als een manier om ‘zuiverheid’ te behouden, de kans op een huwelijk te vergroten of seksuele verlangens te onderdrukken. Vaak is het ook groepsdruk: “Iedereen doet het, dus wij ook.” Het draait om controle, niet om gezondheid. |
| In welke landen komt vrouwenbesnijdenis voor? | Vooral in delen van Afrika (zoals Somalië, Egypte, Soedan), het Midden-Oosten (Jemen, Irak) en delen van Azië (Indonesië). Door migratie komt het ook voor in Westerse landen, vaak via ‘vakantiebesnijdenis’, waarbij meisjes tijdens familiebezoeken in het buitenland besneden worden. |
| Wat zijn de verschillende vormen van vrouwenbesnijdenis? | Er zijn vier hoofdvormen: Type I (clitoridectomie) – het verwijderen van de clitoris; Type II (excisie) – clitoris + binnenste schaamlippen worden verwijderd; Type III (infibulatie) – clitoris en schaamlippen worden verwijderd en de opening wordt dichtgenaaid; Type IV – alle andere vormen van beschadiging, zoals prikken, verbranden of uitrekken. |
| Doet vrouwenbesnijdenis pijn? | Ja. En hoe. De meeste ingrepen gebeuren zonder verdoving, met botte messen, scheermesjes of glasscherven. De pijn is intens, het trauma blijvend. Zelfs jaren later kunnen vrouwen last houden van chronische pijn, littekens en psychische klachten. |
| Wat zijn de gevolgen op lange termijn? | De lijst is helaas lang: aanhoudende pijn, infecties, problemen met plassen of menstrueren, complicaties tijdens de bevalling, verminderd seksueel genot (of compleet verlies daarvan) en psychische trauma’s zoals angststoornissen en depressie. Sommige vrouwen ervaren zelfs PTSS. |
| Is vrouwenbesnijdenis verboden? | In veel landen wel, maar de handhaving is een ander verhaal. In Nederland, Frankrijk, Groot-Brittannië en andere Europese landen is FGM strafbaar. In landen als Egypte en Soedan is het ook illegaal, maar de praktijk gaat vaak in het geheim door. Cultuur wint het nog vaak van wetgeving. |
| Waarom laten moeders hun dochters besnijden? | Niet uit haat, maar uit angst. In veel culturen geloven moeders dat hun dochters zonder besnijdenis geen man zullen vinden of uitgesloten worden. Het is groepsdruk op steroïden. Ze denken: “Ik doe dit om haar te beschermen.” De realiteit? Het is juist levensgevaarlijk. |
| Heeft vrouwenbesnijdenis iets met religie te maken? | Vrouwenbesnijdenis heeft deels met religie te maken, ook al staat het niet expliciet in de Koran, Bijbel of Thora. Vooral binnen de Shafi’i-wetsschool wordt het gezien als religieuze plicht op basis van 'zwakke' hadith, waardoor het in landen als Somalië en Indonesië als norm geldt. Daarnaast is het ook in sommige christelijke en joodse gemeenschappen door culturele tradities vermengd met religieuze overtuigingen. |
| Kun je vrouwenbesnijdenis ongedaan maken? | Soms. Er zijn reconstructieve operaties waarbij littekenweefsel wordt verwijderd en de clitoris gedeeltelijk wordt hersteld. Maar volledige genezing? Die is lastig. Fysieke schade kan deels worden hersteld, maar psychische littekens blijven vaak. Therapie kan helpen bij het verwerken van het trauma. |
| Wat als ik denk dat een meisje risico loopt? | In Nederland geldt een meldplicht. Als je vermoedt dat een meisje gevaar loopt, kun je contact opnemen met Veilig Thuis of de GGD. In veel andere landen zijn er vergelijkbare instanties. Wacht niet af; jouw melding kan iemands leven redden. |
| Waarom wordt vrouwenbesnijdenis nog steeds als ‘normaal’ gezien? | Omdat tradities krachtig zijn. In sommige gemeenschappen wordt een meisje dat niet besneden is gezien als ‘onrein’ of ‘onhuwbaar’. Deze sociale druk is zó groot dat ouders soms kiezen voor besnijdenis uit angst voor uitsluiting. Het is een giftige cirkel van misvattingen en sociale controle. |
| Hoe kunnen we vrouwenbesnijdenis stoppen? | Wetten zijn nodig, maar ze zijn niet genoeg. Educatie is de sleutel. Praat erover, ondersteun overlevenden en werk samen met gemeenschappen om misvattingen te doorbreken. Het veranderen van mentaliteit kost tijd, maar het is de enige weg vooruit. |
| Wat kunnen slachtoffers van vrouwenbesnijdenis doen? | Ze kunnen terecht bij gespecialiseerde klinieken, therapeuten en vrouwenrechtenorganisaties. In Nederland biedt het VGV-zorgnetwerk hulp. Praten over het trauma is moeilijk, maar essentieel voor herstel. Reconstructieve chirurgie en psychologische hulp kunnen een wereld van verschil maken. |
| Wordt vrouwenbesnijdenis ook in Nederland uitgevoerd? | Direct in Nederland? Bijna nooit. Maar meisjes worden wel vaak naar het buitenland gestuurd voor de ingreep, vooral tijdens schoolvakanties (‘vakantiebesnijdenis’). Daarom letten artsen, leerkrachten en hulpverleners extra op signalen rondom de zomermaanden. |
| Waarom spreken sommige besneden vrouwen zich níet uit? | Schaamte. Schuldgevoel. Angst voor sociale uitsluiting. In veel culturen is het een taboe-onderwerp. Vrouwen worden opgevoed met het idee dat ze ‘zuiver’ en ‘waardig’ zijn na de besnijdenis. Praten over pijn, trauma of spijt voelt als verraad aan hun cultuur en familie. |
| Kunnen mannen iets doen tegen vrouwenbesnijdenis? | Absoluut. In veel gemeenschappen wordt FGM in stand gehouden door het idee dat mannen alleen willen trouwen met ‘bescheiden’ (lees: besneden) vrouwen. Als mannen zich openlijk uitspreken tegen vrouwenbesnijdenis en aangeven dat het geen voorwaarde is voor huwelijk of eer, kan dat enorme impact hebben. |
| Wat is het verschil tussen vrouwenbesnijdenis en mannelijke besnijdenis? | Een wereld van verschil. Mannelijke besnijdenis heeft doorgaans weinig medische gevolgen en wordt soms zelfs uit medische overwegingen gedaan. Vrouwenbesnijdenis daarentegen heeft geen enkel gezondheidsvoordeel en veroorzaakt zware lichamelijke en psychische schade. Het is pure verminking, geen ritueel. |
| Waarom wordt vrouwenbesnijdenis vaak door vrouwen uitgevoerd? | Ironisch, maar waar: het zijn vaak vrouwen die de ingreep uitvoeren. Waarom? Omdat tradities generatie op generatie worden doorgegeven. Moeders, oma’s en tantes zien het als een taak om meisjes ‘voor te bereiden’ op vrouw-zijn. Vaak hebben deze vrouwen zelf ook FGM ondergaan en zien ze het als de norm. |
| Is vrouwenbesnijdenis ooit vrijwillig? | Heel zelden. Jonge meisjes kunnen geen geïnformeerde keuze maken, en sociale druk speelt een enorme rol. Zelfs vrouwen die als volwassene kiezen voor een vorm van FGM doen dit vaak vanuit culturele dwang of de wens erbij te horen. Vrijheid van keuze? In veel gevallen een illusie. |
Vormen van vrouwenbesnijdenis: wat wordt er precies gedaan?
Vrouwenbesnijdenis. Een term die al rillingen over je rug jaagt nog voordat je precies weet wat het inhoudt. Maar één ding is zeker: het is geen simpele knip-en-klaar ingreep. Er zijn verschillende vormen, variërend van relatief ‘mild’ tot ronduit barbaars. De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) heeft deze praktijken onderverdeeld in vier categorieën.1World Health Organization. (z.d.). Types of female genital mutilation. Geraadpleegd op 22 februari 2025, van https://www.who.int/teams/sexual-and-reproductive-health-and-research-(srh)/areas-of-work/female-genital-mutilation/types-of-female-genital-mutilation Elk met een eigen gruwelfactor, elk met ingrijpende gevolgen.
Laten we er zonder omwegen doorheen gaan. Niet omdat het leuk is, maar omdat het belangrijk is.
Type I: clitoridectomie – de ‘lichte’ versie die allesbehalve licht is
Clitoridectomie klinkt als een medische procedure waar je je met wat verdoving doorheen slaat. Niets is minder waar. In realiteit betekent het: het (gedeeltelijk) verwijderen van de clitoris. Soms blijft een stukje over, soms wordt het hele ding weggehaald. Dit wordt in sommige culturen een ‘zuivering’ genoemd, alsof de clitoris een bron van kwaad is die geëlimineerd moet worden.
Deze vorm komt vaak voor in landen als Egypte, Mali en Indonesië. Vaak uitgevoerd door een lokale vrouw met een scheermesje, een stuk glas of een roestig mes. Verdoving? Vergeet het maar. Steriele omstandigheden? Mooi niet. De meisjes – soms niet ouder dan vijf – worden vastgehouden, benen gespreid, mond dichtgeknepen als ze te hard schreeuwen. En dan: snij.
Gevolg? Verlies van seksueel gevoel, littekenweefsel en soms chronische pijn. Maar dat wordt afgedaan als ‘vrouwelijkheid’. Want een ‘echte vrouw’ moet dit doorstaan.
Type II: excisie – een stap verder dan ‘alleen’ de clitoris
Alsof clitoridectomie nog niet erg genoeg was, is er ook excisie. Hier wordt niet alleen de clitoris weggehaald, maar ook de binnenste schaamlippen (labia minora). Soms ook een stukje van de buitenste schaamlippen. Dit gebeurt vooral in West-Afrika, maar ook in landen als Sudan en Somalië.
Denk hier even over na: een meisje verliest niet alleen haar gevoeligste lichaamsdeel, maar ook het weefsel dat haar vaginale opening beschermt. Dit is niet zomaar een ‘aanpassing’. Dit is verminking.
De gedachte erachter? Controle. Seksuele begeerte mag niet bestaan. Een vrouw moet ‘gesloten’ zijn.
Medische gevolgen? Bloedvergiftiging, urineproblemen, cystevorming, pijn bij het plassen, pijn bij het zitten, pijn bij het lopen, pijn bij het leven.
Maar dit wordt gepresenteerd als ‘reinheid’. De ironie is onvoorstelbaar.
Type III: infibulatie – als je dacht dat het niet erger kon
Dit is de meest extreme vorm van vrouwenbesnijdenis. Ook wel “faraonische besnijdenis” genoemd. De procedure? De clitoris wordt verwijderd, de schaamlippen worden afgesneden en de wond wordt dichtgenaaid. Alleen een klein gaatje blijft over – net groot genoeg voor urine en menstruatiebloed.
Je leest het goed. Dichtgenaaid.
Dit wordt vooral gedaan in Somalië, Soedan en delen van Eritrea en Djibouti. Waarom? Omdat het meisje zo ‘gesloten’ blijft tot haar huwelijk. De huwelijksnacht? Dan mag de echtgenoot haar ‘openbreken’. Soms met geweld. Soms met een mes.
Complicaties? Te veel om op te noemen. Chronische infecties, opstapeling van menstruatiebloed, pijnlijke geslachtsgemeenschap, verhoogde kans op sterfte bij de bevalling, gescheurde baarmoeder, dodelijke bloedingen.
Dit is geen ‘schoonheidsritueel’. Dit is een misdaad tegen de menselijke waardigheid.
Type IV: andere gruwelmethoden – als het maar snijdt
Type IV is de restcategorie, waar allerlei varianten van vrouwelijke genitale verminking onder vallen. Denk aan:
- Prikken en snijden: De clitoris of schaamlippen worden doorboord of ingekerfd.
- Verbranden: Hete kruiden, chemicaliën of zuren worden op de genitale zone aangebracht om weefsel ‘te laten slinken’.
- Uitrekken van schaamlippen: Een minder pijnlijke, maar nog steeds ingrijpende praktijk in sommige Afrikaanse culturen.
Soms worden meisjes onderworpen aan meerdere vormen tegelijk. Een combinatie van prikken, snijden en dichtnaaien. Waarom? Omdat het ‘zo hoort’.
En wat gebeurt er daarna?
Na de ingreep worden de meisjes met hun benen aan elkaar gebonden, zodat de wond zich sluit. Ze krijgen nauwelijks medische zorg. Als er een infectie ontstaat? Dan is het een ‘test van hun vrouwelijkheid’. Overleven ze, dan zijn ze ‘sterk’. Overleven ze niet? Dan was het ‘de wil van God’.
En dit gebeurt nog steeds. Vandaag, terwijl jij dit leest, ondergaat ergens een meisje deze marteling.
En het allerergste? Vrouwen spelen zelf vaak een grote rol in het voortzetten van deze traditie. Moeders laten hun dochters besnijden omdat zij zelf ooit besneden werden. Vrouwen die dit trauma ondergingen, rationaliseren het vaak met: “Als ik dit moest doorstaan, dan zij ook.”
👉 Dit is hoe onderdrukking zichzelf in stand houdt.
Casus: Het ritueel dat geen keuze laat
Het huis ruikt naar kruiden en angst
Het is bloedheet. De zon brandt ongenadig op het dorpsplein, maar in het kleine huis van Mariam hangt een dikke, verstikkende lucht. Een mengeling van zweet, kruiden en de scherpe geur van iets wat lijkt op alcohol – of misschien gewoon azijn. Er is een mat op de grond uitgerold. De vrouwen zijn in de weer, gefluisterd overleg in een taal die geen ruimte laat voor twijfel. Dit moet gebeuren.
Mariam is zeven. Haar jurkje – haar mooiste, speciaal uitgezocht door haar moeder – hangt los om haar kleine lijfje. Ze begrijpt niet precies wat er gaat gebeuren, maar de sfeer in de kamer is zwaar. Te zwaar. Haar tante houdt haar hand vast, net iets te stevig.
Dan komt de oude vrouw binnen. De besnijdster.
Ze draagt een doek om haar hoofd, haar rimpels diep als de droogtescheuren in de grond buiten. Haar handen ruiken naar kruiden en as. Ze is geen arts. Geen verpleegkundige. Maar ze is de vrouw die al tientallen meisjes ‘klaargemaakt’ heeft voor het huwelijk. Mariam heeft haar al eerder gezien, en altijd op dagen zoals deze. Feestdagen, met trommels en dansen en iets wat lijkt op blijdschap.
Behalve vandaag. Vandaag wordt er niet gedanst.
Geen uitweg
Mariam wordt op de mat geduwd. Vier paar handen grijpen haar vast. Haar moeder, haar tante, haar oudere nichten. Dit is liefde, zeggen ze. Dit is bescherming. Maar waarom voelt het dan alsof ze gevangen wordt genomen?
Ze trapt, ze schreeuwt. “Nee! Nee!”
Haar stem wordt overstemd door gesis en ‘geruststellende’ woorden:
“Het is snel voorbij.”
“Je bent dan een echte vrouw.”
“Je moeder heeft dit ook doorstaan.”
De besnijdster haalt haar spullen tevoorschijn. Geen steriel chirurgisch instrument, geen verdoving, geen desinfectie. Een scheermesje. Bot, met roestige randjes. Ze warmt het op boven een kaarsvlam. Alsof dat iets zou helpen.
Haar benen worden uit elkaar gedwongen. De pijn schiet als een felle, brandende steek door haar onderbuik. Een gevoel dat ze nog nooit heeft gekend, dat haar dwingt om te schreeuwen tot haar keel rauw is. De besnijdster snijdt. Eén snelle beweging. Of eigenlijk, dat zou het moeten zijn. Maar het mes is bot, en het lukt niet in één keer.
De stilte na de pijn
Mariam is er niet meer. Haar lichaam is er nog, maar haar geest heeft zich ergens diep teruggetrokken. De kamer draait. Alles ruikt naar bloed. Haar benen voelen zwaar, alsof ze niet meer bij haar horen.
De vrouwen in de kamer zijn tevreden. De klus is geklaard. Ze leggen een mengsel van kruiden en as op de wond. Geen arts, geen hechtingen. Niets.
Buiten fluiten de vogels. Het leven gaat gewoon door. Maar voor Mariam is alles anders. Haar kindertijd is weggesneden.
Ze zal nooit vergeten. Nooit volledig begrijpen waarom. Maar ze weet één ding zeker: ze had geen keuze.
Geschiedenis van vrouwenbesnijdenis
We gaan even héél ver terug in de tijd, want vrouwenbesnijdenis is niet iets van de laatste eeuwen. Dit is een gebruik dat al duizenden jaren bestaat. Ja, écht duizenden. Archeologen hebben sporen gevonden uit het oude Egypte en Nubië die erop wijzen dat besnijdenis – zowel bij mannen als bij vrouwen – een belangrijk ritueel was. Er zijn hiërogliefen die verwijzen naar de ingreep, en er zijn zelfs mummies gevonden met littekens die erop wijzen dat ze besneden waren.
Waarom? Dat is de grote vraag. Er zijn verschillende theorieën. Sommige historici denken dat het begon als een manier om vrouwen ‘puur’ te houden voor het huwelijk. Anderen zeggen dat het een symbool van klasse en status was – een soort ‘elite’ gebruik, net zoals sommige volkeren schedels vervormden om een langwerpige vorm te krijgen.
Wat we wél zeker weten: de praktijk verspreidde zich als een lopend vuurtje. Van het oude Egypte naar delen van Afrika, het Midden-Oosten en zelfs sommige Aziatische culturen. En nee, dit had aanvankelijk niets met religie te maken. Dit was een sociaal-cultureel ritueel, vaak ingevoerd om de seksualiteit van vrouwen te beteugelen en de mannelijke ‘eigenaar’ van haar lichaam gerust te stellen.
Fast forward naar de koloniale tijd. Europese missionarissen en artsen kwamen in contact met de praktijk en reageerden geschokt. Tegelijkertijd – en dit is ironisch – werd vrouwenbesnijdenis in het Westen óók toegepast, maar dan in een medische context. In de 19e eeuw werden in Engeland en Amerika vrouwen soms besneden om ‘hysterie’ of ‘overmatige lust’ te bestrijden. Ja, je leest het goed. Vrouwen die als ‘te seksueel’ werden beschouwd, kregen soms een clitoridectomie voorgeschreven door een arts. Krankzinnig? Absoluut.
Maar terwijl het Westen zich uiteindelijk van deze praktijk verwijderde, bleef het in andere delen van de wereld een diepgeworteld ritueel. En dat brengt ons bij het volgende punt: de rol van religie.
Religieuze en culturele achtergronden
Oké, laten we dit even uit de weg ruimen: vrouwenbesnijdenis is geen koranisch gebod. Ja, je leest het goed. Geen enkele Koranvers zegt: “O vrouwen, laat u besnijden.” Niet in het Arabisch, niet in het Oud-Perzisch, nergens.
En toch blijft deze praktijk in veel islamitische landen springlevend, met name in gebieden waar de Shafi’i-wetsschool dominant is. Hoe dan? Simpel: cultuur en religie hebben een ongemakkelijke symbiose gevormd.
Hoe cultuur en geloof door elkaar zijn gaan lopen
Vrouwenbesnijdenis wordt vaak verkocht als ‘een islamitisch ritueel’. Maar wie een beetje de bronnen induikt, ziet direct dat dit niet zo zwart-wit ligt. De praktijk bestond al eeuwen voordat de islam ontstond. Oude Egyptenaren deden het, sommige Afrikaanse stammen zagen het als een teken van volwassenheid, en zelfs in pre-islamitisch Arabië kwam het voor.
Toen de islam zich verspreidde, kwam de religie in contact met regio’s waar vrouwenbesnijdenis een ingebakken sociaal gebruik was. En in plaats van keihard afstand te nemen, is het ergens halverwege de religieuze ladder blijven hangen. Vaak geen verplichting, maar ‘een nobele daad’ of ‘een teken van eerbaarheid’.
De hadith-kwestie: zwak, maar hardnekkig
Voorstanders binnen de islam grijpen vaak terug op een aantal hadith (overleveringen van de ‘profeet’ Mohammed). De beroemdste is deze:
“Besnijdenis is een plicht voor mannen en een nobele daad voor vrouwen.”
(Abu Dawud, 5271; Ahmad ibn Hanbal, 5:75)
Probleem? Deze hadith is zwak (da’if). Met andere woorden: geen sterke basis voor een religieuze wet. Toch wordt hij nog steeds als argument gebruikt.
Dan is er nog de hadith waarin de profeet een besnijdster in Medina aanspreekt en zegt:
“Snijd niet te diep, want dat is beter voor de vrouw en aangenamer voor haar echtgenoot.”
(Abu Dawud, 5271 – ook beoordeeld als zwak)
Dit is waar de soep nog dikker wordt. Want waar critici zeggen: “Zie je wel? Hij ontmoedigt het!”, antwoorden traditionalisten: “Ja, maar hij verbiedt het ook niet.”
En daar zit het venijn. In de islamitische wetgeving geldt: als de profeet iets direct had verboden, was het haram (verboden). Maar omdat hij enkel ‘advies’ gaf, interpreteren sommige wetsscholen dit als een ‘toegestane’ handeling – of sterker nog, als een aanbevolen daad.
De Shafi’i-interpretatie: van mustahabb naar wajib
Dan is er de Shafi’i-wetsschool, die een schepje bovenop de religieuze interpretatie doet. Terwijl andere islamitische wetscholen vrouwenbesnijdenis als aanbevolen beschouwen, zegt de Shafi’i-school:
“Het is verplicht (wajib) voor zowel mannen als vrouwen.”
(Al-Majmu’ Sharh al-Muhadhdhab, 1/243 – Al-Nawawi)
Waarom? Omdat in hun redenering mannelijke besnijdenis verplicht is, en vrouwenbesnijdenis in dezelfde categorie valt.
En in gebieden waar de Shafi’i-wetsschool dominant is – denk aan Egypte, Somalië, Indonesië, Soedan – is vrouwenbesnijdenis een religieuze norm geworden, vaak met een sociaal stigma voor meisjes die het niet ondergaan. Want zeg eens eerlijk: als een imam verkondigt dat een besneden vrouw ‘puur’ is en een onbesneden vrouw ‘onrein’, welke ouders gaan dan tegen de stroom in?
Christendom en vrouwenbesnijdenis? Ja, dat bestaat ook
Verbaasd? Dat snappen we. Maar vrouwenbesnijdenis is geen exclusief islamitisch probleem. In sommige Afrikaanse landen wordt het ook toegepast in christelijke gemeenschappen. En jawel, ook hier is de redenering vaak: ‘het is traditie, het hoort zo, een onbesneden vrouw is minder waard’.
In bepaalde koptisch-christelijke kringen in Egypte komt het bijvoorbeeld nog steeds voor. Vroeger werd het zelfs door sommige missionarissen in Afrika gepromoot als een ‘beschermingsmiddel’ tegen losbandigheid.
In Egypte blijft vrouwenbesnijdenis (FGM) een hardnekkig probleem, diepgeworteld in culturele tradities en religieuze misvattingen, ook binnen de Koptisch-christelijke gemeenschap. In 2018 was 74% van de getrouwde Koptische vrouwen in Egypte besneden.2Coptic Voice. (2018, augustus 8). Female Genital Mutilation. Medium. Geraadpleegd op 22 februari 2025, van https://medium.com/@copticvoiceus/female-genital-mutilation-d4badf58f62e De praktijk, die teruggaat tot het Oude Egypte, wordt vaak gezien als een manier om een vrouw ‘huwelijkwaardig’ te maken en haar maagdelijkheid te waarborgen.
Ook binnen bepaalde joodse gemeenschappen, met name in Ethiopië, is vrouwenbesnijdenis een cultureel gebruik dat religieus wordt gerechtvaardigd. Maar nergens in de Thora of Bijbel is een vers te vinden dat het voorschrijft of aanprijst.
Culturele druk: “Als jij het niet doet, hoort ze er niet bij”
Naast religie is sociale controle de grootste drijfveer achter vrouwenbesnijdenis. Ouders willen niet dat hun dochters worden buitengesloten, worden gezien als onrein, of niet kunnen trouwen.
In landen als Egypte en Somalië geldt: geen besnijdenis = geen huwelijk. En in gemeenschappen waar het een rite de passage is, krijgt een meisje zonder besnijdenis te horen dat ze ‘nog een kind’ is, geen echte vrouw.
Het is groepsdruk op steroïden. Het is cultureel geweld verpakt als liefde.
En de harde realiteit? De meeste moeders laten hun dochters besnijden niet uit kwaadaardigheid, maar uit angst. Angst dat hun dochter anders geen toekomst heeft. Angst dat ze als ‘slecht meisje’ wordt bestempeld. Angst dat ze de schande van de familie wordt.
Hoe diep zit dit in Nederland?
Je zou denken: “Oké, in Nederland gebeurt dit vast niet meer.” Maar helaas.
- Sommige families sturen hun dochters naar het buitenland voor de ingreep (‘vakantiebesnijdenis’).
- Er zijn gevallen bekend waarin het hier stiekem gebeurt, binnen besloten kringen.
- De dreiging van besnijdenis zorgt voor stress bij meisjes uit risicogroepen, ook als het uiteindelijk niet gebeurt.
De overheid heeft inmiddels een meldplicht ingevoerd en artsen worden getraind om signalen te herkennen. Maar laten we eerlijk zijn: cultuur en groepsdruk laten zich niet zomaar wegwetgeven.
De grote vraag: waarom stopt het niet?
Religie speelt een rol, maar de echte reden dat vrouwenbesnijdenis voortduurt, is sociale controle. Het is geen ‘vrome daad’ of ‘zuivering’, zoals sommige predikers beweren. Het is angst, groepsdruk en een eeuwenoud systeem van seksuele onderdrukking.
En hier komt het pijnlijke punt: veel vrouwen die eraan zijn onderworpen, verdedigen het systeem. Waarom? Omdat toegeven dat het verkeerd was, betekent dat je moet erkennen dat jou iets ontnomen is.
Vrouwenbesnijdenis is geen puur religieus fenomeen. Het is een cultureel overblijfsel dat religie als excuus gebruikt. En het is pas echt verdwenen als de cultuur verandert, niet alleen de wetten.
En tot die tijd? Blijft dit een gevecht tussen traditie en vooruitgang. Tussen groepsdruk en individuele vrijheid.
Tussen vrouwen die zichzelf moeten verdedigen tegen een systeem dat hen al eeuwenlang klein houdt.
De Shafi’i-wetsschool en vrouwenbesnijdenis: tussen religie en traditie
Islam is geen monoliet. Er is geen centraal pausdom dat bepaalt hoe de islamitische wet (sharia) in alle hoeken van de wereld wordt geïnterpreteerd. In plaats daarvan bestaan er vier grote soennitische wetscholen, elk met hun eigen nuances en accenten. En één van die scholen, de Shafi’i-wetsschool, springt er in de discussie over vrouwenbesnijdenis behoorlijk uit.
Terwijl de Hanafi-, Hanbali- en Maliki-wetsscholen vrouwenbesnijdenis als aanbevolen (mustahabb) of op zijn best als een sociaal gebruik beschouwen, gaat de Shafi’i-school een flinke stap verder. In de kernboeken van deze school wordt khitan al-inath (vrouwenbesnijdenis) niet als optioneel, maar als verplicht (wajib) gezien.

Waar komt dit standpunt vandaan?
De Shafi’i-school baseert zich op een combinatie van hadith en qiyas (analogieën binnen de islamitische wet). Hun redenering is als volgt:
-
Hadith die ‘besnijdenis’ voor vrouwen noemen
De Shafi’i-madhhab (juridische school) leunt zwaar op hadith waarin vrouwenbesnijdenis wordt besproken. Een bekende hadith (overlevering) is:“Besnijdenis is een plicht voor mannen en een nobele daad voor vrouwen.”
(Ahmad ibn Hanbal, 5:75; Abu Dawud, 5271)Dit wordt vaak gebruikt als basisargument, ondanks dat de hadith zwak (da’if) wordt geacht door veel hadith-wetenschappers.
-
Hadith over de ‘besnijdster’ van Medina
In een andere overlevering wordt verteld over een vrouw genaamd Umm ‘Atiyyah, die vrouwen besneed. De profeet Mohammed zou tegen haar hebben gezegd:“Snijd niet te diep, want dat is beter voor de vrouw en aangenamer voor de echtgenoot.”
(Abu Dawud, 5271; Al-Albani beoordeelde de hadith als zwak)De Shafi’i-wetsschool interpreteert deze hadith als bewijs dat de Profeet niet tegen de praktijk was. En als hij iets niet verbood, dan moet het wel toegestaan of zelfs aanbevolen zijn.
-
Vergelijking met mannelijke besnijdenis
Hier komt de qiyas-redenering:- Mannelijke besnijdenis is verplicht in de islam.
- Besnijdenis voor vrouwen wordt ook genoemd in islamitische teksten.
- Daarom, zo zeggen Shafi’i-geleerden, moet ook vrouwelijke besnijdenis verplicht zijn.
Een van de invloedrijkste figuren binnen deze wetsschool, Al-Nawawi (13e eeuw), stelt dan ook klip-en-klaar:
“De correcte mening in de Shafi’i-school is dat besnijdenis verplicht is voor zowel mannen als vrouwen.”
(Al-Majmu’ Sharh al-Muhadhdhab, 1/243)
Shafi’i-wetsschool in de praktijk: Waar gebeurt het nog?
Omdat de Shafi’i-school in sommige delen van de islamitische wereld dominant is, zien we vrouwenbesnijdenis vooral terug in landen waar deze school de boventoon voert. Denk aan:
- Egypte (vooral op het platteland)
- Indonesië (soms ceremonieel, soms echt snijden)
- Maleisië
- Soedan
- Sommige delen van Somalië
In Egypte – een bolwerk van de Shafi’i-school – is FGM (female genital mutilation) decennialang verdedigd door conservatieve islamitische wetgeleerden. De beroemde Al-Azhar-universiteit (het Vaticaan van de soennitische islam, zogezegd) heeft lang vastgehouden aan het idee dat vrouwenbesnijdenis een islamitische plicht is, totdat internationale druk ervoor zorgde dat ze hun standpunt begonnen te versoepelen.
In Indonesië, waar de Shafi’i-school de standaard is, is een mildere vorm van vrouwenbesnijdenis nog steeds gangbaar. Daar spreken ze over sunat perempuan, wat vaak neerkomt op een symbolische snee of zelfs alleen een lichte aanraking met een scherp object. Maar in delen van Afrika waar de Shafi’i-school dominant is, is de praktijk vaak gruwelijker: volledig verwijderen van de clitoris of zelfs infibulatie (waarbij de schaamlippen dichtgenaaid worden).
Islamitische modernisten versus Shafi’i-traditionalisten
Niet alle moslims accepteren de interpretaties van de Shafi’i-school zonder meer. Veel islamitische hervormers wijzen erop dat:
- De hadith waarop de Shafi’i-school zich baseert zwak of betwistbaar zijn.
- De Koran nergens vrouwenbesnijdenis expliciet noemt.
- De medische gevolgen desastreus zijn en dat de islam juist oproept om schade te vermijden (la darar wa la dirar – “geen schade berokkenen of schade terugbrengen”).
Maar traditionalistische Shafi’i-geleerden counteren dat met:
“De islam is geen slaaf van westerse medische kennis. De Profeet noemde het een nobele daad, dus wie zijn wij om daar vraagtekens bij te zetten?”
Dit verklaart waarom sommige Shafi’i-dominerende landen pas onder druk van internationale organisaties zijn gaan bewegen. Egypte bijvoorbeeld, waar 90% van de vrouwen tussen 15-49 besneden is (UNICEF, 2021), heeft de praktijk sinds 2008 officieel verboden – maar in realiteit gaat het nog op grote schaal door, vaak uitgevoerd door artsen om het ‘veiliger’ te laten lijken.
Wat betekent dit voor Nederland?
Nederland kent een Shafi’i-gemeenschap, vooral onder migranten uit Somalië, Soedan en Indonesië. Dat betekent dat er binnen deze gemeenschappen vrouwen zijn die het risico lopen om besneden te worden, ondanks dat de Nederlandse wet dit als mishandeling beschouwt.
In de praktijk zien we dat vrouwenbesnijdenis in Nederland:
- Vaak wordt uitbesteed: families sturen hun dochters tijdens de vakantie naar het land van herkomst.
- Soms in Nederland zelf gebeurt: in kleine, geheime netwerken.
De overheid heeft de laatste jaren strenge maatregelen getroffen, inclusief een meldplicht en strengere controle op risicogroepen. Maar de vraag blijft: is het genoeg?
Slotgedachte: De Shafi’i-wetsschool heeft historisch gezien een belangrijke rol gespeeld in het normaliseren van vrouwenbesnijdenis. De leerstellingen ervan hebben ertoe bijgedragen dat miljoenen vrouwen wereldwijd deze ingreep hebben ondergaan, vaak zonder medische noodzaak en met levenslange gevolgen.
De drie andere grote wetscholen: tussen aanbeveling en traditie
In de Hanafi-, Hanbali- en Maliki-wetsscholen wordt vrouwenbesnijdenis niet als een harde verplichting (wajib) gezien, maar eerder als een aanbevolen (mustahabb) of sociaal geaccepteerd gebruik. Dit betekent dat het in hun juridische kaders ergens zweeft tussen ‘goed als je het doet’ en ‘maar als je het niet doet, is het ook geen probleem’. Er is dus geen expliciete religieuze plicht zoals bij de Shafi’i-wetsschool. De Hanafieten, de grootste wetschool binnen de soennitische islam (dominant in Turkije, de Balkan, India en Centraal-Azië), zijn hier heel helder in: mannenbesnijdenis is verplicht, vrouwenbesnijdenis is een cultureel gebruik zonder religieuze noodzaak. Het wordt eerder als een regionaal fenomeen gezien dan als een religieus gebod.
De Hanbali-wetsschool, waar de strengere islamitische stromingen zoals het Wahhabisme hun wortels hebben, neemt een iets conservatievere positie in. Hanbali-geleerden stellen dat het aanbevolen is voor vrouwen, maar niet verplicht. Het wordt soms gekoppeld aan ‘kuisheid en reinheid’, maar nergens binnen deze wetschool wordt besnijdenis als een essentieel islamitisch voorschrift opgelegd. Dit is opvallend, want de Hanbali-school staat juist bekend om haar letterlijke interpretatie van islamitische teksten. Toch ontbreekt een eenduidig religieus bevel, wat betekent dat het binnen Hanbali-kringen meestal een sociaal gebruik blijft, afhankelijk van de regio.
De Maliki-wetsschool, dominant in Noord-Afrika (Marokko, Algerije, Tunesië, Mali), hanteert een soortgelijke benadering als de Hanbali’s. In hun fiqh-boeken wordt vrouwenbesnijdenis vaak als ‘een nobele traditie’ beschreven, maar niet als verplichting. In veel gebieden waar de Maliki-wetsschool gevolgd wordt, is het nooit een ingeburgerd gebruik geworden. In landen als Marokko en Algerije, waar Maliki-rechtspraak leidend is, wordt vrouwenbesnijdenis amper toegepast. Dit komt doordat Maliki-geleerden zich in de praktijk meer richten op lokale gewoonten (urf) en medisch welzijn, en daar past het snijden van gezonde lichaamsdelen simpelweg niet in. Daarom zien we dat in Maliki-gebieden de praktijk vaak afwezig is, terwijl in Shafi’i-gebieden het nog steeds diepgeworteld is.
In feite is er dus geen enkele islamitische wetsschool die het afkeurt…
Dat is correct. Geen enkele van de vier grote soennitische wetscholen verbiedt vrouwenbesnijdenis expliciet. Dit betekent dat geen enkele school het afkeurt of als haram (verboden) bestempelt. De gradatie verschilt per school – van verplicht (Shafi’i) tot aanbevolen (Hanbali en deels Maliki) tot cultureel geaccepteerd (Hanafi en deels Maliki) – maar er is geen enkele school die ondubbelzinnig zegt: “Dit mag niet.”
Waarom? Omdat in de klassieke islamitische wetgeving een praktijk meestal alleen als verboden wordt beschouwd als er een expliciet verbod in de Koran of betrouwbare hadith staat. Dat is hier niet het geval. Zelfs in de mildere interpretaties blijft vrouwenbesnijdenis hangen in de categorie van ‘een oude gewoonte die niet per se moet, maar ook niet wordt tegengehouden’.
Dit verklaart waarom geen enkele gezaghebbende islamitische instantie historisch gezien echt een verbod heeft afgekondigd. Pas in recente decennia, onder invloed van medische inzichten en mensenrechtenorganisaties, zijn sommige moderne islamitische geleerden en instituten – zoals Al-Azhar in Egypte – met verklaringen gekomen waarin ze vrouwenbesnijdenis afraden. Maar dit blijft grotendeels een moderne ontwikkeling en is niet geworteld in de klassieke fiqh. In de praktijk betekent dit dat de deur altijd open blijft voor geleerden en gemeenschappen die de praktijk willen rechtvaardigen, simpelweg omdat er geen theologisch verbod is.
Sjiitische wetsscholen en vrouwenbesnijdenis: geen verplichting, maar ook geen verbod
Bij de sjiitische islam is het beeld anders dan bij de soennitische wetscholen, maar de essentie blijft hetzelfde: geen expliciet verbod, geen duidelijke afkeuring, maar ook geen religieuze verplichting. In tegenstelling tot de Shafi’i-wetsschool, die vrouwenbesnijdenis als verplicht beschouwt, nemen sjiitische geleerden een meer afwachtende houding aan. Ze zeggen in feite: het hoeft niet, maar als het gebeurt, is het ook geen probleem.
De Ja’fari-wetsschool, de grootste en meest invloedrijke sjiitische rechtsschool (dominant in Iran, Irak en delen van Libanon en Bahrein), ziet vrouwenbesnijdenis niet als een religieuze verplichting. Grote sjiitische geleerden zoals Al-Khoei en Khomeini hebben aangegeven dat er geen theologische basis is om het als verplicht of aanbevolen te zien. In Iran, het bolwerk van het sjiitische denken, is de praktijk zeldzaam en wordt het niet als een islamitische norm gezien. Toch is het niet per se verboden: het valt simpelweg buiten de sjiitische fiqh, waardoor de beslissing aan cultuur en traditie wordt overgelaten.
Bij de Zaidi-sjiieten (dominant in Jemen) is het beeld anders. Omdat Jemen historisch gezien beïnvloed is door Shafi’i-jurisprudentie, komt vrouwenbesnijdenis daar nog wel voor, vooral in landelijke gebieden. Maar binnen de Ismaïlitische en Druzen-tradities (ook vertakkingen van het sjiisme) wordt het nauwelijks tot niet toegepast.
Wat betekent dit in de praktijk? In sjiitische landen zoals Iran en Irak is vrouwenbesnijdenis cultureel geen issue en wordt het niet massaal door religieuze leiders gepromoot. Maar net als bij de soennitische scholen geldt: er is geen duidelijk religieus verbod, waardoor gemeenschappen die de praktijk wél willen uitvoeren, er geen islamitische belemmering voor vinden. En dat betekent dat vrouwenbesnijdenis, zelfs in sjiitische contexten, blijft bestaan als een sociaal-culturele keuze, eerder dan een religieuze verplichting.
Vrouwenbesnijdenis wereldwijd: een probleem dat zich niet laat begrenzen
Het is verleidelijk om vrouwenbesnijdenis af te doen als iets dat ‘ver weg’ gebeurt. Een traditie die diepgeworteld is in verre dorpen in Afrika of ergens in een afgelegen deel van Azië. Maar dat beeld klopt niet. Vrouwenbesnijdenis is een mondiaal probleem. De schaal? Gigantisch.
Laten we het concreet maken. Volgens UNICEF (2021) zijn er wereldwijd meer dan 200 miljoen vrouwen besneden, verspreid over zo’n 30 landen in Afrika, het Midden-Oosten en Azië. En dat zijn alleen de geregistreerde gevallen. De echte aantallen? Niemand weet het precies, want veel besnijdenissen gebeuren in het geheim, zonder medische registratie, achter gesloten deuren.
Afrika: het epicentrum
Als je de kaart bekijkt, zie je direct waar de kern van het probleem ligt. In landen als Somalië, Egypte, Guinee en Soedan ligt het percentage besneden vrouwen boven de 85%. Dit betekent dat bijna elke vrouw die je op straat tegenkomt, dit heeft moeten ondergaan.
Egypte is misschien wel het beste voorbeeld van hoe diepgeworteld deze praktijk is. Ondanks een verbod in 2008 gebeurt het nog steeds op grote schaal. De meeste besnijdenissen vinden daar niet plaats in achterkamertjes, maar in ziekenhuizen door artsen. Medische besnijdenis noemen ze het dan. Alsof het minder gruwelijk is als een dokter het doet.
En dan Somalië, waar vrouwenbesnijdenis zo massaal is dat een vrouw zonder ingreep wordt gezien als ‘onrein’. Hier wordt nog veel infibulatie toegepast – een extreme vorm waarbij de schaamlippen worden dichtgenaaid, met slechts een kleine opening voor urine en menstruatie. De huwelijksnacht? Pure horror. Want voordat de echtgenoot seks kan hebben, moet hij de opening ‘openbreken’. Vaak met een mes.
Wie denkt dat dit iets van ‘arme dorpelingen’ is, heeft het mis. In Nigeria komt de praktijk ook voor bij de elite, bij families die geloven dat een onbesneden vrouw ‘losbandig’ wordt. Klassiek social engineering: snij een stuk van haar lichaam weg en haar seksualiteit verdwijnt als sneeuw voor de zon.
Midden-Oosten en Azië: de verborgen realiteit
De Golfstaten zwijgen het liefst over FGM, maar in landen als Jemen, Oman en Irak komt het nog steeds voor. In Koerdisch Irak is vrouwenbesnijdenis zo normaal dat meisjes soms niet eens weten dat het anders kan. “Iedereen doet het, dus waarom zou ik een uitzondering zijn?”
Dan Azië. Indonesië, het grootste islamitische land ter wereld, heeft officieel een verbod. Maar dat heeft nauwelijks effect. De Shafi’i-wetsschool is hier de dominante juridische stroming, en die ziet vrouwenbesnijdenis als een ‘nobele daad’. De overheid heeft geprobeerd het tegen te gaan, maar lokale geestelijken zeggen dat het bij de islam hoort. Resultaat? Miljoenen meisjes krijgen een ‘symbolische’ snee of, in sommige gevallen, een volledige clitoridectomie.
Europa en de diaspora: hoe de praktijk wordt meegenomen
Vrouwenbesnijdenis stopt niet bij landsgrenzen. Migratie betekent dat tradities meereizen. In Nederland, Frankrijk, Zweden en Groot-Brittannië wonen duizenden vrouwen die het al hebben ondergaan, of meisjes die het risico lopen.
Soms wordt het stiekem in Europa gedaan, door traditionele besnijders die illegaal opereren. Maar meestal gebeurt het via de ‘vakantiemethode’: meisjes worden in de zomer naar het thuisland gestuurd, en bij terugkomst is de klus geklaard.
De Europese regeringen weten dit, maar kunnen moeilijk ingrijpen. Ouders zeggen dat hun dochter ‘op vakantie’ is, artsen kunnen het alleen constateren als het al te laat is en vervolging is ingewikkeld.
Medische en psychologische gevolgen: levenslange littekens
Mensen praten vaak over vrouwenbesnijdenis alsof het ‘een ritueel’ is, een ‘overgangsrite’. Maar laten we het beestje bij de naam noemen: het is een amputatie van gezonde genitaliën, met soms gruwelijke complicaties.
Medische nachtmerrie
De gevolgen hangen af van het type besnijdenis. De mildste vorm is een kleine incisie. De zwaarste vorm is volledige verwijdering van de clitoris, schaamlippen en het dichtnaaien van de vagina. Maar geen enkele vorm is ‘veilig’.
- Bloedverlies en shock: Veel meisjes verliezen zoveel bloed dat ze het niet overleven. Geen arts, geen verdoving, alleen een bot mes en een moeder die haar dochter vasthoudt terwijl ze schreeuwt.
- Chronische infecties: De wond geneest nooit helemaal. Urineweginfecties, abcessen, fistels. Sommigen leven hun hele leven met constante pijn.
- Seksueel trauma: Vrouwen die besneden zijn, voelen vaak geen enkele seksuele opwinding. Seks is een verplichting, geen plezier.
- Bevallingsproblemen: Besneden vrouwen lopen een veel hoger risico op sterfte tijdens de bevalling. De huid heeft geen elasticiteit meer, het geboortekanaal is vernauwd en complicaties zijn vaak fataal voor zowel moeder als baby.
Psychologische verwoesting
Dit wordt vaak onderschat. Een besneden vrouw leeft met het besef dat haar lichaam opzettelijk is verminkt. Veel vrouwen kampen met depressie, angststoornissen en posttraumatische stress.
Sommigen proberen hun trauma te rationaliseren: “Mijn moeder deed dit omdat ze van me hield.” Anderen breken als ze beseffen wat hen is aangedaan.
Er zijn overlevers die zich uitspreken. Mensen zoals Wariss Dirie, een Somalische vrouw die na haar besnijdenis als supermodel beroemd werd en nu wereldwijd strijdt tegen FGM. Maar voor iedere Wariss zijn er duizenden vrouwen die zwijgen. Omdat de schaamte te groot is.
Juridische en mensenrechtenaspecten: de strijd op papier
In theorie is vrouwenbesnijdenis bijna overal verboden. De VN, WHO, UNICEF, Amnesty International – allemaal noemen ze het een grove schending van de mensenrechten.
Maar wetten zijn één ding. Handhaving is iets anders.
Wereldwijde verboden, maar toch gebeurt het
- Egypte: Verbod sinds 2008, maar 87% van de vrouwen tussen 15 en 49 is besneden.
- Somalië: Officieel illegaal, maar meer dan 90% besneden.
- Mali: Geen wetgeving, en het gebeurt openlijk.
- Indonesië: Verboden in ziekenhuizen, maar legaal in de gemeenschap.
Europa en de VS: hardere aanpak
In Frankrijk zijn er al tientallen ouders en besnijders veroordeeld voor FGM. In Groot-Brittannië werd in 2019 voor het eerst een moeder veroordeeld. In Nederland is er een meldplicht, en artsen worden getraind om signalen te herkennen.
Maar het blijft lastig. Een meisje van vijf zegt niet: “Mama heeft me laten besnijden.” Artsen ontdekken het vaak pas jaren later.
De kern van het probleem? Cultuur > Wetgeving
Je kunt wetten maken, maar als een samenleving FGM blijft steunen, verandert er weinig. Zolang moeders denken dat dit het beste is voor hun dochters, blijft het doorgaan.
De oplossing? Educatie, bewustwording en druk van binnenuit. Pas als gemeenschappen zelf inzien dat deze praktijk geen plaats meer heeft in de moderne wereld, stopt het.
En tot die tijd? Blijft het een gevecht. Een strijd tussen traditie en mensenrechten. Tussen schaamte en vooruitgang. Tussen oude overtuigingen en nieuwe generaties die zeggen: “Dit stopt bij ons.”
Juridische en mensenrechtenaspecten: waar de wet faalt en cultuur wint
Oké, laten we eerlijk zijn. Op papier ziet het er allemaal prima uit. De VN noemt vrouwenbesnijdenis een grove schending van de mensenrechten, de WHO waarschuwt voor de medische nachtmerrie die het veroorzaakt en regeringen hebben wetten opgesteld die het ‘verbieden’.
Maar wie denkt dat een wet op papier voldoende is om een diepgewortelde traditie te breken, moet eens een reality check doen. Want als het zo simpel was, was vrouwenbesnijdenis allang verdwenen.
Het papieren verbod: mooie woorden, weinig daden
Veel landen waar vrouwenbesnijdenis voorkomt, hebben het verboden. Egypte? Illegaal. Somalië? Illegaal. Indonesië? Officieel verboden. Maar kijk naar de cijfers en je ziet dat het nog steeds massaal gebeurt.
Hoe dan?
- Omdat wetten zonder handhaving niets waard zijn.
- Omdat mensen niet geloven dat de overheid zich ermee mag bemoeien.
- Omdat ouders het blijven doen, desnoods in het geheim.
Neem Egypte, waar in 2008 een verbod werd ingesteld. Toch is 87% van de vrouwen besneden. Zelfs na de dood van meisjes – zoals in 2020, toen een 12-jarig meisje overleed na een ingreep – gebeurt het nog steeds. Waarom? Omdat ouders denken dat een onbesneden dochter niet kan trouwen.
In Somalië en Soedan is het exact hetzelfde verhaal. Overheden zetten wetten op, maar wie controleert de achterafstraatjes waar een oude vrouw met een roestig mes haar werk doet? Niemand.
Europa en de VS: strengere aanpak, maar toch geen oplossing
In Frankrijk, Groot-Brittannië en Nederland zijn ouders al veroordeeld omdat ze hun dochters hebben laten besnijden. In Nederland geldt een meldplicht voor professionals, en er zijn campagnes om vrouwen en meisjes te beschermen. Maar het blijft een kat-en-muisspel.
- Families sturen hun dochters op ‘vakantie’ naar het thuisland en laten daar de ingreep uitvoeren.
- Artsen ontdekken het vaak te laat – meestal pas bij een medische controle op latere leeftijd.
- Vrouwen praten er niet over, uit schaamte, angst of loyaliteit aan hun cultuur.
Dat is de realiteit. De wet kan een samenleving niet zomaar veranderen.
Huidige bestrijding en toekomstperspectief: de lange weg naar verandering
Stoppen met een eeuwenoude praktijk gaat niet van de ene op de andere dag. Dit is geen kwestie van even een wetje aanpassen en klaar. Dit is een cultuurslag, een gevecht tegen sociale druk, tegen eeuwenoude overtuigingen en tegen het idee dat een vrouw ‘beter’ is als ze besneden is.
Maar er is beweging. Langzaam. Moeizaam. Maar er is hoop.
Wat werkt?
Wat werkt niet: een westers vingertje dat zegt: “Jullie doen het fout.” Dat roept alleen maar verzet op. Kijk naar Kenia in de jaren ’30, toen missionarissen vrouwenbesnijdenis probeerden uit te bannen. Wat gebeurde er? De praktijk werd juist een symbool van verzet tegen koloniale overheersing.
Wat wel werkt: gemeenschappen zelf laten inzien dat het anders kan.
- Voorlichting door lokale leiders: In Senegal hebben dorpsoudsten publiekelijk de praktijk verworpen, en het aantal besnijdenissen is daar met 60% gedaald.
- Overlevenden die hun verhaal delen: In Somalië spreken steeds meer vrouwen zich uit over hun trauma, waardoor jongeren zich afvragen of ze dit echt willen voor hun dochters.
- Medische professionals betrekken: In Egypte werken sommige artsen actief mee aan de campagne tegen FGM, in plaats van het in ziekenhuizen ‘veiliger’ te maken.
En het werkt. Langzaam, maar het werkt.
De toekomst: gaat FGM verdwijnen?
Er zijn twee scenario’s:
- De optimistische versie: Dankzij educatie, voorlichting en druk van binnenuit zal vrouwenbesnijdenis binnen een paar generaties uitsterven.
- De realistische versie: De praktijk zal blijven bestaan, maar in mildere vormen. Symbolische sneden in plaats van volledige clitoridectomie. Ceremonies zonder fysiek geweld.
Dat tweede scenario zie je al gebeuren in Indonesië, waar traditionele besnijders nu ‘zachte’ ingrepen doen om aan de sociale norm te voldoen, zonder echt fysieke schade aan te richten.
Conclusie: de laatste generatie?
Dit is geen makkelijke strijd. Het gaat niet alleen over wetten, maar over identiteit, familie, eer en groepsdruk. Vrouwenbesnijdenis verdwijnt niet alleen omdat een paar regeringen het verbieden. Het verdwijnt pas als gemeenschappen zélf besluiten dat het verleden tijd is.
Maar we zijn er nog niet.
- Zolang meisjes bang zijn dat ze buiten de groep vallen, zal het doorgaan.
- Zolang moeders denken dat een onbesneden dochter geen goede echtgenoot krijgt, zal het doorgaan.
- Zolang mannen geen duidelijke stelling nemen tegen besneden vrouwen als ‘de norm’, zal het doorgaan.
Toch is er hoop.
Er zijn gemeenschappen die zeggen: “Dit stopt bij ons.” Er zijn vaders die weigeren hun dochters eraan bloot te stellen. Er zijn meisjes die weigeren de traditie voort te zetten.
En misschien, over een paar generaties, kunnen we eindelijk zeggen: FGM is verleden tijd.
Tot die tijd? Blijft dit een gevecht. Een gevecht tussen traditie en vooruitgang. Tussen groepsdruk en individuele vrijheid. Tussen oude overtuigingen en nieuwe generaties die besluiten: dit stopt bij ons.
Bijbelse argumenten tegen vrouwenbesnijdenis (FGM): hoe christenen de strijd voeren en voerden
Christenen die zich tegen vrouwenbesnijdenis uitspreken, gebruiken meestal drie grote Bijbelse principes als argument. Deze zijn niet alleen theologisch onderbouwd, maar ook moreel en humanitair sterk. De kern? De waardigheid van de mens, het respect voor Gods schepping en de verwerping van schadelijke tradities.
Laten we deze argumenten eens grondig uitwerken, precies zoals ze in het verleden én heden door christelijke leiders zijn gebruikt.
Het menselijk lichaam is geschapen naar Gods beeld (Imago Dei)
Dit is misschien wel het sterkste Bijbelse argument tegen FGM. De Bijbel leert dat God de mens schiep naar Zijn beeld:
“En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen.”
– Genesis 1:27
Als de mens – en dus ook de vrouw – geschapen is naar Gods beeld, waarom zou je dan haar lichaam verminken? Dit is een argument dat vaak door christelijke missionarissen in Afrika werd gebruikt. Het lichaam is heilig, en elke poging om het opzettelijk te beschadigen, is een aanval op Gods schepping.
Missionarissen en theologen legden uit dat de schepping van vrouwen volledig is zoals God het bedoeld heeft. De clitoris, de schaamlippen, het vrouwelijke geslachtsorgaan als geheel – alles heeft een functie en is door God ontworpen. Het is dus niet aan mensen om daar met een mes in te snijden.
Moderne christelijke organisaties die strijden tegen FGM, zoals Tearfund en World Vision, hanteren nog steeds dit argument. Ze leggen uit dat de praktijk niet alleen lichamelijk schadelijk is, maar ook geestelijk: het ondermijnt het idee dat vrouwen net zo volledig en compleet zijn geschapen als mannen.
Het Nieuwe Testament verwerpt schadelijke tradities
Jezus had een broertje dood aan verstikkende tradities die mensen leed aandeden. In Marcus 7:8 zegt Hij:
“U laat het gebod van God varen en houdt vast aan de overlevering van mensen.”
– Marcus 7:8
Dit vers wordt vaak gebruikt door christelijke leiders in Afrikaanse en Aziatische gemeenschappen die tegen FGM preken. Het is een duidelijke Bijbelse les: niet elke traditie is goed, en sommige moeten worden losgelaten.
De vroege missionarissen in Afrika, vooral in de 19e en 20e eeuw, wezen erop dat vrouwenbesnijdenis niet in de Bijbel voorkomt en puur een culturele erfenis is. Ze benadrukten dat Jezus zelf herhaaldelijk tegen zinloze en schadelijke gebruiken inging – denk aan de farizeeën, die vastzaten in hun tradities en blind waren voor de echte boodschap van God.
Vooral in de Anglicaanse en katholieke kerken in Afrika en het Midden-Oosten wordt dit argument nog steeds gebruikt. Priesters en pastors zeggen tegen hun gemeenschappen:
“God heeft ons geen religie gegeven die vrouwen pijn doet. Dit is geen geloof, dit is traditie. En tradities kunnen veranderen.”
Het idee dat Jezus voor vernieuwing stond en dat het christendom een levende, groeiende religie is, wordt door veel christelijke anti-FGM-activisten aangevoerd.
Besnijdenis in de Bijbel gaat over het verbond – en is NIET voor vrouwen
Sommige mensen denken dat FGM te maken heeft met de Bijbelse besnijdenis, maar dat is een misverstand. De besnijdenis die in de Bijbel wordt genoemd, heeft uitsluitend betrekking op mannen en was een teken van het verbond tussen God en het volk Israël.
“Dit is Mijn verbond, dat gij zult onderhouden tussen Mij en u, en uw nageslacht na u: al wat mannelijk is onder u zal besneden worden.”
– Genesis 17:10
Het is dus volledig in strijd met de Bijbelse leer om besnijdenis op vrouwen toe te passen. Dit punt werd vooral aangehaald door christelijke leiders in Ethiopië en Egypte, waar sommige Koptische christenen FGM als een soort ‘Bijbelse besnijdenis’ zagen. Orthodoxe theologen wezen erop dat er nergens in de Bijbel staat dat vrouwen dit moeten ondergaan.
Sterker nog, in het Nieuwe Testament zegt Paulus expliciet dat lichamelijke besnijdenis niet langer nodig is om bij God te horen:
“Want in Christus Jezus heeft besneden zijn of onbesneden zijn geen kracht, maar een nieuw schepsel.”
– Galaten 6:15
Met andere woorden: als besnijdenis niet eens meer verplicht is voor mannen, waarom zou het dan voor vrouwen gelden? Dit is een argument dat tegenwoordig door christelijke leiders in landen als Kenia en Oeganda wordt gebruikt om duidelijk te maken dat FGM niets te maken heeft met Gods wil.
Jezus gaf vrouwen waardigheid, geen onderdrukking
Jezus was radicaal in hoe Hij met vrouwen omging. In een tijd waarin vrouwen tweederangs burgers waren, sprak Hij met hen, leerde hen, verdedigde hen en ging in tegen de heersende cultuur.
- Hij sprak openlijk met de Samaritaanse vrouw bij de bron (Johannes 4).
- Hij redde de overspelige vrouw van steniging (Johannes 8:1-11).
- Hij had vrouwelijke volgelingen en zij speelden een belangrijke rol in zijn bediening, iets wat ongehoord was in die tijd.
Vrouwen zoals Maria Magdalena, Martha en Maria van Bethanië, en Johanna waren trouwe volgelingen die Hem ondersteunden en zelfs aanwezig waren bij cruciale momenten, zoals de kruisiging en de opstanding. Maria Magdalena was zelfs de eerste persoon aan wie Jezus na Zijn opstanding verscheen (Johannes 20:16-18).
Het christendom gaf vrouwen rechten en bescherming op een manier die revolutionair was voor de oudheid. Dit is een argument dat vaak wordt gebruikt door christelijke organisaties in Afrika:
“Jezus gaf vrouwen vrijheid, Hij gaf hen waardigheid. Waarom zouden wij hen dan verminken?”
Het lichaam is een tempel, en je verminkt een tempel niet
Een ander Bijbels argument dat vaak wordt gebruikt, komt uit de brief van Paulus aan de Korintiërs:
“Weet u niet dat uw lichaam een tempel is van de Heilige Geest, die in u is en die u van God ontvangen hebt?”
– 1 Korintiërs 6:19
Het lichaam is heilig. Het is een geschenk van God. Je snijdt niet zomaar in iets wat heilig is. Dit argument is krachtig, vooral in christelijke gemeenschappen waar Bijbelse symboliek diep geworteld is. Als vrouwen leren dat hun lichaam een tempel is, wordt het steeds moeilijker om de praktijk van FGM te rechtvaardigen.
Hoe deze argumenten worden gebruikt in de strijd tegen FGM
Tegenwoordig zijn veel christelijke organisaties betrokken bij de strijd tegen vrouwenbesnijdenis. Tearfund, World Vision, de Anglicaanse Kerk in Afrika, de Katholieke Kerk en talloze lokale christelijke gemeenschappen werken samen om bewustwording te creëren.
Hun boodschap?
- FGM is GEEN christelijke plicht. Het wordt ook NIET aanbevolen. Integendeel.
- Het lichaam van de vrouw is heilig en door God geschapen.
- Jezus beschermde vrouwen, Hij onderdrukte ze niet.
- Tradities mogen niet belangrijker zijn dan de liefde en bescherming die God geeft.
Door deze Bijbelse argumenten binnen de gemeenschappen zelf te gebruiken, maken christelijke leiders en activisten een veel grotere impact dan welk internationaal beleid dan ook.
En het werkt. Langzaam, maar het werkt. Want als mensen van binnenuit overtuigd raken, is de kans veel groter dat FGM uiteindelijk echt verdwijnt. Niet door westerse wetten, maar door een diepgewortelde verandering in geloof en cultuur.

Hoe christenen door de eeuwen heen hebben gestreden tegen vrouwenbesnijdenis
De strijd tegen vrouwenbesnijdenis (FGM) is grotendeels een moderne beweging, maar christelijke missionarissen, kerkleiders en organisaties hebben zich al eeuwenlang ingezet om de praktijk tegen te gaan. Dit gebeurde in verschillende fasen en met wisselende strategieën. Soms succesvol, soms met grote tegenstand, en soms zelfs met onbedoelde bijeffecten.
Vroege christelijke weerstand in Egypte en Noord-Afrika
Laten we even teruggaan naar de eerste eeuwen na Christus. In het vroegchristelijke Egypte – toen nog een Romeinse provincie – hadden de Koptische christenen al te maken met de praktijk van vrouwenbesnijdenis. Dit was geen religieus gebruik, maar een diepgewortelde culturele traditie die terugging tot de faraonische tijd.
De vroege kerk in Egypte probeerde de praktijk tegen te gaan door christelijke zuiverheid en kuisheid anders te definiëren. In plaats van fysieke verminking, werd geestelijke reinheid gepromoot. Dit had enige invloed in stedelijke gebieden, maar op het platteland bleef de traditie bestaan. De Kopten zelf hebben de praktijk nooit volledig verworpen, en in sommige Koptisch-christelijke dorpen in Egypte komt vrouwenbesnijdenis tot op de dag van vandaag voor.
De vroege christelijke houding was dus meer afwijzend dan actief bestrijdend. Er was verzet, maar geen georganiseerde campagne om het uit te bannen.
Europese missionarissen en de eerste georganiseerde weerstand (19e eeuw)
Pas met de komst van Europese missionarissen in de 19e eeuw werd vrouwenbesnijdenis in Afrika systematisch aangevallen door christelijke leiders. Met name Britse en Franse zendelingen die werkten in Egypte, Soedan, Somalië, Kenia en Sierra Leone kwamen in contact met de praktijk en waren geschokt.
Missionarissen van organisaties zoals de Church Missionary Society (CMS) en de White Fathers (Witte Paters) zagen vrouwenbesnijdenis als een barbaarse en heidense praktijk die moest worden uitgeroeid. In hun ogen was het een hindernis voor de bekering van inheemse volkeren tot het christendom. In hun onderwijsprogramma’s werd dan ook expliciet lesgegeven over de gevaren van FGM en werd het sterk ontmoedigd.
Een van de meest actieve anti-FGM-bewegingen in deze tijd kwam uit Kenia, waar missionarissen in de jaren 1920-30 campagne voerden tegen de praktijk bij de Kikuyu-bevolking. De Anglicaanse Kerk in Kenia probeerde besnijdenisvrije overgangsrituelen te introduceren en zette kerkscholen op waar meisjes werden beschermd tegen besnijdenis. Dit leidde tot een heftige culturele clash: inheemse gemeenschappen zagen de strijd tegen FGM als een aanval op hun identiteit en autonomie.
Het gevolg? In Kenia ontstond de “Female Circumcision Crisis” van 1929, waarin duizenden Kikuyu zich tegen de missionarissen keerden. De strijd tegen FGM werd plots een strijd tegen westerse inmenging, en sommige nationalistische bewegingen begonnen besnijdenis zelfs als een symbool van verzet tegen de koloniale overheersing te zien. Het was een klassiek voorbeeld van hoe goedbedoeld christelijk verzet een averechts effect kon hebben.
Katholieke en protestantse kerken nemen een standpunt in (20e eeuw)
Met de dekolonisatie in de 20e eeuw veranderde de aanpak. In plaats van direct FGM te bestrijden, gingen christelijke organisaties werken met lokale gemeenschappen om de praktijk geleidelijk te verminderen. In landen als Soedan, Ethiopië en Mali zetten kerken programma’s op die alternatieve initiatierites promootten.
De Rooms-Katholieke Kerk was hier vrij actief in. In 1995 sprak Paus Johannes Paulus II zich openlijk uit tegen vrouwenbesnijdenis en noemde het een “brutale aanval op de waardigheid van vrouwen”. De kerk werkte samen met NGO’s en christelijke organisaties zoals Caritas International en World Vision om bewustzijn te creëren over de schade die FGM veroorzaakt.
Protestantse kerken, vooral in de Verenigde Staten en Groot-Brittannië, ondersteunden vrouwenrechtenbewegingen en gebruikten hun invloed om druk uit te oefenen op regeringen in Afrika en het Midden-Oosten om wetten tegen FGM in te voeren. De Anglicaanse Kerk en de Lutherse Wereldfederatie zetten zich vooral in voor educatie en medische hulp voor vrouwen die door de praktijk waren getroffen.
Christelijke Afrikaanse leiders pakken de strijd op (21e eeuw)
In de 21e eeuw is de strijd tegen vrouwenbesnijdenis niet meer enkel een ‘westerse christelijke missie’, maar wordt deze steeds vaker gedragen door christelijke leiders in Afrika zelf. Vooral in landen waar het christendom een grote rol speelt, zoals Kenia, Oeganda en Nigeria, hebben kerkelijke leiders openlijk stelling genomen tegen FGM.
- De Keniaanse Bisschoppenconferentie heeft FGM in 2011 expliciet veroordeeld en roept christenen op om de praktijk volledig af te zweren.
- In Nigeria werken katholieke en protestantse kerken samen met vrouwenrechtenorganisaties om besnijdenisvrije alternatieven te promoten.
- In Ethiopië heeft de Orthodoxe Kerk – die eeuwenlang neutraal was gebleven – in 2004 een duidelijke stelling ingenomen tegen FGM en preekt sindsdien actief tegen de praktijk.
Het grote verschil met vroeger? Afrikaanse christelijke leiders gebruiken nu Bijbelse argumenten om FGM te bestrijden, in plaats van het als een ‘westerse’ agenda te laten overkomen. Ze stellen dat het lichaam van een vrouw heilig is en dat FGM in strijd is met de christelijke leer over de menselijke waardigheid.
Waar staan christenen nu in de strijd tegen FGM?
Vandaag de dag is de rol van christelijke organisaties in de strijd tegen vrouwenbesnijdenis nog steeds groot. Ze bieden medische hulp, juridische ondersteuning en educatie aan meisjes die gevaar lopen. Ze werken ook samen met regeringen om wetgeving af te dwingen en cultureel verzet te doorbreken.
Toch blijft het een gevecht tegen diepgewortelde tradities. In landen waar FGM nog voorkomt, zoals Egypte en Soedan, hebben sommige christelijke bevolkingsgroepen de praktijk nooit volledig afgezworen. In deze gebieden is nog steeds een mentaliteitsverandering nodig.
Wat wel veranderd is, is de tactiek. Waar missionarissen vroeger direct de aanval openden, werken moderne christelijke organisaties nu van binnenuit. Ze betrekken lokale leiders, gebruiken religieuze argumenten en respecteren culturele gevoeligheden. Dit heeft geleid tot veel meer succes dan de botte westerse inmenging van vroeger.
Conclusie
Christenen hebben door de eeuwen heen een belangrijke rol gespeeld in de strijd tegen vrouwenbesnijdenis. Van vroege Kopten die het probeerden te ontmoedigen, tot missionarissen die de praktijk actief bestreden, en uiteindelijk Afrikaanse christelijke leiders die nu zelf het voortouw nemen.
Wat ooit begon als een westerse zendingscampagne is nu een wereldwijde strijd voor vrouwenrechten, waarin kerken, NGO’s en overheden samenwerken om deze schadelijke traditie definitief de wereld uit te helpen. Maar zolang er nog culturele en sociale druk bestaat, blijft dit een strijd die nog niet gestreden is.
Reacties en ervaringen
Hieronder kun je reageren op dit artikel. Je kunt bijvoorbeeld je ervaringen delen over vrouwenbesnijdenis. Wij stellen reacties zeer op prijs. Reacties worden niet automatisch (direct) gepubliceerd. Dit gebeurt nadat ze door de redactie gelezen zijn. Dit om ‘spam’ of anderszins ongewenste c.q. ongepaste reacties eruit te filteren. Daar kunnen soms enige uren overheen gaan.