Duivelsklauw: krachtige wortel tegen pijn en ontsteking

Last Updated on 28 mei 2025 by M.G. Sulman

Duivelsklauw. Alleen de naam al klinkt alsof je er liever met een boog omheen loopt. Maar vergis je niet: achter dat grimmige imago schuilt een van de meest geliefde kruiden uit de natuurlijke pijnbestrijding. Harpagophytum procumbens, zoals de plant officieel heet, groeit in de dorre vlaktes van Zuidelijk Afrika en wordt al eeuwenlang geroemd vanwege zijn krachtige werking tegen gewrichtspijn, ontstekingen en stijfheid. Van inheemse genezers tot moderne fytotherapeuten: overal waar mensen zoeken naar zachtere, natuurlijke alternatieven voor pijnstillers, duikt deze grillig geklauwde wortel op. In dit artikel ontdek je alles over zijn herkomst, werking, toepassingen en veiligheid – met een eerlijke blik op wat duivelsklauw wél en níét voor je kan betekenen.

Wat is duivelsklauw?

Een woestijnkruiper met een klauw

Duivelsklauw. Alleen die naam al klinkt als iets dat je liever vermijdt. Maar schijn bedriegt: deze plant, officieel Harpagophytum procumbens, is geen bloeddorstige bijtgrage griezel, maar juist een steunpilaar uit de plantenwereld. Hij groeit laag bij de grond, kruipt over het zand van de droge vlaktes in Zuidelijk Afrika en verrast met zijn grillige, haakvormige vrucht. Die vrucht ziet eruit als een klauw, met scherpe uitsteeksels die zich vastgrijpen aan alles wat passeert – vandaar de bijnaam. De duivel heeft er in werkelijkheid weinig mee te maken.

Meer dan alleen een rare vrucht

Wat deze plant écht bijzonder maakt, zit onder de grond: zijn dikke, knoestige wortelknollen. Die worden al eeuwenlang gebruikt door inheemse volkeren vanwege hun verzachtende kracht bij pijn en ontsteking. Inmiddels heeft ook de westerse fytotherapie deze wortels ontdekt en vind je duivelsklauw in talloze natuurlijke middelen tegen reuma, artrose en rugpijn.

Een plant met karakter

Duivelsklauw is geen doorsneekruidje. Hij groeit alleen in een droog, warm klimaat en gedijt het best in zanderige, zonovergoten grond. Je vindt ‘m vooral in Namibië, Botswana en delen van Zuid-Afrika. Geen wonder dus dat deze plant niet zomaar in een Hollandse tuin opduikt. Maar in de apotheek of natuurwinkel is hij inmiddels wél een bekende naam.

Waar groeit duivelsklauw?

Thuis in de hitte

Duivelsklauw is een echte zonaanbidder. Je vindt ‘m niet langs Hollandse slootkanten of op Franse lavendelvelden, maar diep in het zuiden van Afrika. Daar, waar de zon ongenadig brandt en regen zeldzaam is, slingert hij zich laag over de grond. Zijn wortels nestelen zich diep in de zanderige bodem van Namibië, Botswana en Zuid-Afrika. Geen vruchtbare oases, maar kurkdroge vlaktes met weinig concurrentie: precies waar hij zich thuis voelt.

Oogsten met respect

Omdat duivelsklauw wild groeit en langzaam groeit, is het belangrijk dat de oogst met zorg gebeurt. In veel regio’s zijn regels opgesteld om overexploitatie te voorkomen. Alleen de zijknollen worden geoogst, zodat de plant zelf in leven blijft. Er zijn zelfs certificeringsprogramma’s in het leven geroepen voor duurzame wildpluk. En dat is nodig: de wereldwijde vraag stijgt, vooral door de populariteit als natuurlijk alternatief voor pijnstilling.

Van woestijn naar wereldmarkt

Eenmaal geoogst worden de knollen geschild, gedroogd en verwerkt tot poeder, capsules of extract. Daarmee reist duivelsklauw de hele wereld over – van Afrikaanse zandvlaktes naar Europese natuurwinkels en reformhuizen. Geen doorsnee reis voor een plant, maar duivelsklauw is dan ook allesbehalve doorsnee.

De geneeskracht van duivelsklauw

Een wortel met een reputatie

Duivelsklauw mag dan wel klinken als een kwaadaardige woestijnbewoner, maar hij is juist een bondgenoot voor wie dagelijks met pijn rondloopt. De wortels van deze plant worden al generaties lang gebruikt tegen gewrichtsklachten, spierpijn, rugpijn en ontstekingen. De werkzame stof? Harpagoside – een bitter iridoïd dat ontstekingsremmend en licht pijnstillend werkt. Geen quick fix, maar een natuurlijke steunpilaar voor wie kiest voor een zachte maar doeltreffende aanpak.

Onderzoek zegt: niet zomaar een kruidenfabeltje

Duivelsklauw is inmiddels een van de best onderzochte geneeskrachtige planten in de fytotherapie. Klinische studies laten zien dat extracten van de wortel effectief kunnen zijn bij artrose, lage rugpijn en reumatische klachten. In sommige gevallen zou het zelfs kunnen helpen om het gebruik van NSAID’s (zoals ibuprofen) te verminderen – met minder risico op maagklachten als bonus.¹Chrubasik, J.E., et al. (2003). Effectiveness of Harpagophytum procumbens in the treatment of osteoarthritis. Journal of Ethnopharmacology, 89(2–3), 175–181.

Een veelgeciteerde studie in het Journal of Ethnopharmacology (Chrubasik et al., 2003) concludeerde bijvoorbeeld dat duivelsklauw bij milde tot matige artrose even effectief kan zijn als sommige synthetische ontstekingsremmers.

Niet verslavend, wel verzachtend

Wat duivelsklauw extra bijzonder maakt: het onderdrukt de pijn niet zoals een morfineachtige stof dat doet, maar pakt via ontstekingsremming de bron aan. Je raakt er dus niet verslaafd aan – en het heeft geen verdovende bijwerkingen. Een natuurlijke oplossing dus, die eerder helpt om in beweging te blijven dan je op de bank te houden.

Toepassingen en gebruik

Van wortel tot capsule

Duivelsklauw wordt zelden rauw gegeten – en da’s maar goed ook, want de wortel is bitter, stug en moeilijk verteerbaar. Gelukkig is dat in onze tijd geen probleem meer: je vindt duivelsklauw in allerlei vormen terug in de winkel. Denk aan capsules, tabletten, druppels, thee en zelfs smeersels. De gedroogde wortel wordt meestal tot poeder vermalen en gestandaardiseerd op het gehalte harpagoside – zodat je zeker weet dat je een werkzaam product in handen hebt.

Welke vorm past bij jou?

• Bij chronische gewrichtsklachten kiezen mensen vaak voor capsules of tabletten, omdat die makkelijk zijn in gebruik en een constante dosering geven.

• Thee van duivelsklauw wordt traditioneel gebruikt, maar werkt milder en heeft – eerlijk is eerlijk – een uitgesproken bittere smaak.

• Zalven en crèmes met duivelsklauw kunnen lokaal op de huid worden aangebracht bij stijve spieren of pijnlijke gewrichten. Ideaal na een lange werkdag of sportinspanning.

Dosering en duur

De exacte dosering hangt af van het product, maar gemiddeld ligt die bij 500 tot 1000 mg extract per dag (gestandaardiseerd op harpagoside). Bij milde klachten merk je soms al na enkele dagen verschil, maar meestal duurt het 2 tot 4 weken voordat de werking echt goed voelbaar wordt. Duivelsklauw is geen snelle pijnstiller, maar eerder een plantaardig maatje dat je systematisch ondersteunt.

Let op: langdurig gebruik (meer dan drie maanden achtereen) liever onder begeleiding van een arts of fytotherapeut, zeker bij bestaande gezondheidsklachten of medicijngebruik.

Duivelsklauwcrème: natuurlijke verlichting voor spieren en gewrichten

Smeren maar: direct waar het pijn doet

Soms heb je geen zin in pillen of poeders. Dan wil je gewoon iets dat je kunt smeren – precies daar waar het zeer doet. Duivelsklauwcrème is in dat geval een uitkomst. De crème combineert het extract van de woestijnwortel met andere verzachtende ingrediënten zoals menthol, arnica of kamfer, en werkt lokaal op stijve, pijnlijke plekken.

Wanneer is crème handig?

Duivelsklauwcrème is vooral geliefd bij:

• Spierpijn na het sporten

• Stramme gewrichten in handen, knieën of rug

• Ochtendstijfheid bij artrose

• Lokale klachten bij overbelasting of een verkeerde beweging

Je smeert de crème één tot drie keer per dag op de pijnlijke zone en masseert het zachtjes in. De meeste crèmes trekken snel in, laten geen vetlaag achter en ruiken aangenaam kruidig – met een zweem van eucalyptus of den.

Een zachte aanvulling, geen vervanging

Let op: een duivelsklauwcrème is geen vervanging van een inwendig extract als je last hebt van chronische ontsteking of diepe gewrichtspijn. Het is een extraatje, een vriendelijke bondgenoot voor je huid en spieren. Maar bij langdurige klachten helpt een combinatie van inwendig én uitwendig gebruik vaak het best.

Is duivelsklauw veilig?

Ja, maar niet voor iedereen

Duivelsklauw wordt over het algemeen goed verdragen. Bij duizenden mensen wereldwijd helpt het om soepeler te bewegen en minder last te hebben van stijfheid of chronische pijn. Maar zoals bij veel krachtige kruiden geldt: niet alles wat natuurlijk is, is automatisch voor iedereen geschikt. En duivelsklauw heeft wél een duidelijke gebruiksaanwijzing.

Mogelijke bijwerkingen

De meeste mensen merken er niets van, behalve verlichting. Maar een klein deel van de gebruikers krijgt last van:

• Maagklachten of misselijkheid, vooral bij een gevoelige maag of te hoge dosering

• Diarree of buikkrampen (zelden, maar mogelijk)

• Duizeligheid of hoofdpijn, vooral in het begin bij hoge doses

Bij deze klachten is het verstandig om de dosering te verlagen of tijdelijk te stoppen. Neem bij twijfel altijd contact op met een arts of fytotherapeut.

Wanneer liever niet gebruiken?

Er zijn situaties waarin je duivelsklauw beter even kunt laten staan:

• Bij maag- of darmzweren, vanwege het stimulerende effect op de maagzuurproductie

• Tijdens zwangerschap of borstvoeding: er is onvoldoende onderzoek naar veiligheid

• Bij galstenen of galwegproblemen: duivelsklauw kan de galproductie stimuleren

• In combinatie met bloedverdunners of antistollingsmiddelen, tenzij arts akkoord geeft

Oftewel: duivelsklauw is geen snoepje. Het is een krachtig kruid dat je bewust inzet – met respect voor je eigen lijf.

Duivelsklauw versus andere kruiden

Wat maakt duivelsklauw uniek?

In het schap vol natuurlijke pijnstillers valt duivelsklauw meteen op. Niet alleen vanwege zijn naam, maar ook door zijn werking. Duivelsklauw richt zich vooral op ontstekingsgerelateerde pijn, zoals bij artrose, lage rugklachten of reumatische stijfheid. In tegenstelling tot sommige kruiden die vooral ontspannend of verwarmend werken, is dit kruid een specialist in het rustig remmen van ontsteking en zwelling – van binnenuit.

Hoe verhoudt het zich tot…

… kurkuma?

Kurkuma (geelwortel) is net als duivelsklauw een ontstekingsremmer, maar werkt via een andere weg in het lichaam. Kurkuma is breder inzetbaar – van spijsvertering tot hersengezondheid – maar heeft soms een minder uitgesproken effect bij gewrichtspijn dan duivelsklauw. Wel kunnen ze elkaar goed aanvullen.

… wilgenbast?

Wilgenbast bevat salicine, het natuurlijke ‘oermoederstofje’ van aspirine. Het werkt meer als een klassieke pijnstiller: snel en effectief, maar met een groter risico op maagklachten. Duivelsklauw werkt trager, maar dieper en met minder bijwerkingen op lange termijn.

… gember?

Gember is verwarmend, krampstillend en licht ontstekingsremmend. Het is perfect bij spierpijn, menstruatiekrampen of verkoudheid. Maar bij echte artrosepijn komt duivelsklauw vaak krachtiger uit de hoek.

Combineren? Jazeker!

Deze kruiden hoeven elkaar niet te bijten. Veel mensen combineren bijvoorbeeld duivelsklauw met kurkuma of gember – zolang de dosering en het totaalplaatje kloppen. Laat je hierbij wél adviseren door een deskundige, want meer is niet altijd beter.

Duivelsklauw in de volksgeneeskunde

Ouder dan het woord ‘reuma’

Lang voordat duivelsklauw in capsulevorm in onze keukenkastjes belandde, werd de wortel al gebruikt door inheemse volkeren in het zuiden van Afrika. Met name de San en Khoikhoi – de oorspronkelijke bewoners van Namibië en Botswana – kenden de genezende kracht van deze plant van generatie op generatie. Zij gebruikten aftreksels van de wortel tegen koorts, spijsverteringsklachten, pijn en infecties. Ook werd het ingezet bij bevallingen, wonden en zelfs slangenbeten.

Meer dan een pijnstillertje

Voor deze volkeren was duivelsklauw geen losstaand middeltje, maar onderdeel van een holistisch kijk op gezondheid: lichaam, geest en natuur in balans. De bittere smaak werd juist gewaardeerd, omdat het volgens traditionele opvattingen het lichaam ‘reinigde’ en tot rust bracht. En dat was geen bijgeloof, want bitterstoffen zoals harpagoside stimuleren daadwerkelijk de lever en spijsvertering, wat weer effect heeft op het hele systeem.

Van kampvuur naar kliniek

Pas begin 20e eeuw werd de plant opgemerkt door Europese missionarissen en wetenschappers. In de jaren ‘50 begonnen Duitse onderzoekers met klinisch onderzoek, en sindsdien heeft duivelsklauw langzaam z’n weg gevonden naar de moderne fytotherapie. Maar z’n wortels liggen nog steeds diep in het zand van de Kalahari – én in de mondelinge tradities van de mensen die hem het eerst gebruikten.

In de tuin? Nee liever niet!

Niet voor het Hollandse klimaat

Duivelsklauw mag dan populair zijn in reformwinkels en online kruidendossiers, maar in de tuin kom je ‘m hier zelden tegen. En dat heeft een simpele reden: onze natte, koude winters en kleigronden zijn dodelijk voor deze droogteminnende plant. In zijn thuisgebied overleeft hij temperaturen tot 40 graden, groeit hij in pure zandgrond en vertrouwt hij op seizoensregens. Zet je hem hier in de tuin, dan heb je binnen no-time een verdronken wortel.

En áls je het toch probeert…

Er zijn mensen met groene vingers die het als uitdaging zien om exotische planten in leven te houden. Theoretisch zou je duivelsklauw kunnen kweken in een diepe, verwarmde kas met zandgrond, véél zonlicht en beperkte watergift. Maar zelfs dan blijft het lastig, want de plant ontwikkelt alleen medicinale wortels na een paar jaar volle groei in z’n natuurlijke ritme. Voor de gemiddelde hobbytuinier is het dus geen haalbare kaart.

Verwarring met andere planten

In Europa zijn er wél planten die qua uiterlijk een beetje lijken op duivelsklauw – zoals Physoplexis comosa (ook wel duivelsklauw genoemd, maar dan uit de Alpen), of sommige soorten Martynia. Die hebben ook geklauwde vruchten, maar missen de geneeskrachtige werking. Pas dus op met verwarring: niet elke plant met een enge naam is even waardevol als deze woestijnwonderwortel.

Reacties en ervaringen

Wat zeggen mensen die het hebben geprobeerd?

Duivelsklauw roept soms scepsis op bij wie nog nooit kruiden heeft gebruikt. Maar wie het geprobeerd heeft bij aanhoudende rugpijn of stramme knieën, is vaak verrast: “Ik voelde me soepeler na een paar weken – niet in één klap, maar gestaag. Alsof mijn gewrichten wat minder ‘schuren’.” Zulke reacties zijn geen uitzondering.

Op fora en in reviewsites vertellen mensen over hoe ze na jaren pijnstillers een natuurlijk alternatief vonden. Voor sommigen werkte het vooral in combinatie met andere gewoontes: meer bewegen, minder suiker, en trouw blijven aan de dosering. “Geen wondermiddel,” zegt een gebruiker op een gezondheidsblog, “maar wél iets dat me helpt om weer met m’n kleinkinderen te wandelen.”

We zijn benieuwd naar jouw ervaring!

Heb jij duivelsklauw gebruikt? In capsulevorm, als thee, of misschien als zalf bij spierpijn? Dan horen we graag wat het voor jou heeft gedaan.
Onder dit artikel kun je jouw ervaring delen – of een tip geven aan anderen die erover denken om ermee te beginnen. Zo leren we samen van wat werkt, en wat misschien minder goed uitpakt.