G.K. Chesterton: citaten, quotes en uitspraken

Last Updated on 23 juni 2024 by M.G. Sulman

G.K. Chesterton (1874 – 1936) was een Engels letterkundige en journalist. Hij verdedigde in zijn geschriften met verve de waardigheid van de menselijke persoon tegen alle mogelijke ‘ismen’. Zijn scherpe toon en met humor geladen polemieken bezorgden hem grote populariteit, maar ook talrijke opposanten. Zijn bekendste werk is naar mijn mening zijn Orthodoxy (1908), die ook in het Nederlands is vertaald (Orthodoxie). Chesterton is een christelijke schrijver die als een jongeman was gefascineerd door occultisme, maar naarmate hij ouder werd, werd hij steeds meer een orthodox christen, tot hij in 1922 overging tot het katholicisme. Hij voerde graag vriendschappelijke polemieken met mannen zoals George Bernard Shaw, H.G. Wells, Bertrand Russell en Clarence Darrow.

Gilbert_Chesterton
G.K. Chesterton (1874 – 1936)

Chesterton in vogelvlucht

G.K. Chesterton wordt gezien als een van de meest invloedrijke katholieke auteurs van de vroege twintigste eeuw. Hij zag in het 1874 levenslicht, en groeide op in een welvarend gezin. Chesterton studeerde kunst aan het gerenommeerde Slade School of Fine Art, doch hij besloot al snel dat zijn ware roeping lag in het schrijven. In 1900 rolde zijn eerste boek, ‘Greybeards at Play’, van de persen. Daarna begon hij al snel een carrière als journalist en essayist. Chesterton schreef over een breed scala aan onderwerpen, waaronder politiek, religie, literatuur en cultuur.

Chesterton stond bekend om zijn opvallende uiterlijk: groot, zwaarlijvig, met een cape en een hoed. Hij was vaak verstrooid en had hulp nodig van zijn vrouw Frances en later ook van zijn secretaresse Dorothy Collins.

Chesterton was een van de oprichters van de distributistische beweging of het distrubitisme, die zich presenteerde als een middenweg tussen kapitalisme en socialisme en pleitte voor een economisch systeem dat was gebaseerd op kleine bedrijven en coöperaties, in plaats van grote bedrijven en staatsbeheer. Chesterton was ook een overtuigd katholiek. Op 29-jarige leeftijd bekeerde hij zich tot het christelijke geloof. Dit had een grote invloed op zijn werk, en hij schreef talloze boeken en essays over het katholicisme, waaronder het beroemde werk ‘Orthodoxy’ (Orthodoxie). G.K. Chesterton stierf in 1936, maar zijn nalatenschap leeft voort in zijn literaire en intellectuele erfenis. Wereldwijd worden zijn boeken anno 2024 nog gelezen.

G.K. Chesterton die door de straten van Londen loopt / Bron: Martin Sulman m.b.v. AI Drawing Image Generator

Enkele bekende citaten

Enkele bekende citaten van Chesterton zijn:

  • Al diegenen die werkelijk in zichzelf geloven zitten in een gekkenhuis.
  • De raadselen van God zijn bevredigender dan de oplossingen van de mensen.
  • Het ergste ogenblik voor een atheïst is dat waarop hij het gevoel heeft te moeten dankzeggen, maar niet weet aan wie.
  • Verdraagzaamheid is de deugd van de man zonder overtuiging.
  • Het is de toetssteen van een goede religie, of je er grapjes over kunt maken.

“Het is de toetssteen van een goede religie, of je er grapjes over kunt maken.”

Citaten uit ‘Orthodoxie’

Hieronder volgen enkele citaten uit Chestertons boek ‘Orthodoxie’ (Uitgeverij Kok, Kampen, 2001), oorspronkelijke titel ‘Orthodoxy’ (1908), maar nog immer actueel, zoals zal blijken!

Geloof en rede

Vanuit christelijke optiek is het geloof altijd redelijk en versterkt het het vertrouwen in het menselijk verstand als zodanig. Waarachtig geloof is redelijk. Het is een middel om kennis te verwerven en is nooit in tegenstelling met de waarheid. “Geloof en rede zijn als de twee vleugels waarmee de menselijke geest opstijgt tot de beschouwing van de waarheid,” zoals paus Johannes Paulus II het zo mooi uitdrukte in ‘Fides et ratio: Encycliek gericht aan de bisschoppen van de r.-k. kerk over de verhouding tussen geloof en rede’. Over de vermeende tegenstelling tussen geloof en rede, schreef Chesterton:

“Het is nutteloos om altijd over de alternatieven van geloof of rede te spreken. De rede zelf is een zaak van geloof. Het is een geloofsdaad om te beweren dat onze gedachten enige relatie met de werkelijkheid hebben. Wanneer je slechts scepticus bent, zul je jezelf vroeg of laat de vraag moeten stellen: ‘Waarom zou er iets goed gaan; zelfs observatie of deductie? Waarom zou goede logica niet even misleidend zijn als slechte? Zijn ze beide geen hersenspinsels van een verwilderde aap?” (pp.40-41)

Vooruitgang

Over ‘vooruitgang’ schreef hij:

“Verwant hieraan is de foutieve theorie van de vooruitgang, die inhoudt dat wij het examen veranderen in plaats van het te halen. We horen bijvoorbeeld vaak zeggen: ‘Wat juist is voor de ene tijd, is het niet voor een andere.’ Dit klinkt vrij redelijk, wanneer het bedoelt dat er een vastgesteld doel bestaat, en dat sommige methoden in sommige tijden van toepassing zijn, en niet in andere tijden. Wanneer vrouwen bijvoorbeeld graag elegant willen zijn, kan het zijn dat zij er in de ene tijd op vooruitgaan door dikker te worden, en in een andere tijd door slanker te worden. Maar je kunt niet zeggen dat ze erop vooruitgaan door hun wens om elegant te zijn op te geven, en een rechthoek willen worden. Wanneer de standaard verandert, hoe kan er dan vooruitgang geboekt worden, die een standaard impliceert?” (pp.42-43)

“Het is juist dat een mens (een dom mens) de verandering zelf tot zijn object of ideaal kan maken. Maar als ideaal wordt verandering zelf onveranderlijk.” (p.43)

“Er is geen traditie van vooruitgang; maar het hele menselijk ras is een traditie van de zondeval.” (p.201)

Traditie

Met betrekking tot ‘traditie’:

“Traditie kan worden gedefinieerd als een uitgerekt stemrecht. Traditie betekent het stemmen op de meest verborgene aller klassen, onze voorvaderen. Het is de democratie van de doden.” (p.60)

“Traditie kan worden gedefinieerd als een uitgerekt stemrecht. Traditie betekent het stemmen op de meest verborgene aller klassen, onze voorvaderen. Het is de democratie van de doden.”

Zelfmoordmachines

Een machine waarmee mensen makkelijk uit het leven kunnen stappen, volgens schrijfster Margriet Bordes is het de ideale oplossing in de discussie rond levensbeëindiging voor mensen die niet ziek zijn. In het boek ‘Sprookje van een zachte dood’ uit 2010 stelt Bordes dat de euthanasiewetgeving faalt omdat de procedure lang en moeizaam is, en artsen een aanvraag vaak niet willen uitvoeren. Een machine waarbij stikstof of helium door een masker ingenomen wordt zou volgens haar een goede uitweg bieden.

Eind 2021stond er een artikel in de New York Post over een kistachtige capsule waarmee mensen hun leven kunnen beëindigen.1New York Post. Controversial ‘suicide pod’ that ‘kills peacefully’ gets go-ahead in Switzerland. https://nypost.com/2021/12/07/controversial-suicide-pod-that-kills-peacefully-gets-go-ahead-in-switzerland/ (ingezien op 8-12-2021) Deze zou vanaf volgend jaar in Zwitserland kunnen worden gebruikt, aldus de makers ervan. Een gebruiker kan erin gaan liggen en het proces zelf activeren. Er worden een reeks vragen aan je gesteld voordat je op een knop kunt drukken, waardoor zuurstof naar een kritiek niveau wordt gebracht. Stikstof vult het 3D-geprinte apparaat en brengt de zuurstof in ongeveer 30 seconden snel terug van 21 procent naar slechts 1 procent. Daarna volgt een ‘gedesoriënteerd’ en ‘euforisch’ gevoel, voordat je uiteindelijk het bewustzijn verliest. De dood vindt plaats als gevolg van hypoxie (een tekort aan zuurstof in de weefsels) en hypocapnie (een verlaagde hoeveelheid koolstofdioxide in het bloed), gevolgd door een kritiek zuurstof- en kooldioxidetekort.

Maar er is niets nieuws onder zon. In het boek ‘Orthodoxie’ maakt Chesterton gewag van een zekere mr. William Archer die het voorstel deed dat er in utopische tijden automaten zouden bestaan, waarbij iemand door inworp van een munt zichzelf zou kunnen doden. Chesterton merkt over deze zelfmoordmachines op:

“Bij dit soort zaken voel ik altijd dat ik volstrekt vijandig sta tegenover velen die zichzelf liberaal en humaan noemen. Niet alleen is zelfmoord een zonde, het is dé zonde. Het is het ultieme en absolute kwaad, de weigering om zich voor het bestaan te interesseren. Wie een mens doodt, doodt een mens. Degene die zichzelf doodt, doodt alle mensen; voor zover het hem betreft, wist hij de gehele wereld uit. Zijn daad is (symbolisch gezien) erger dan welke verkrachting of bomaanslag ook. Want het vernietigt alle gebouwen en beledigt alle vrouwen.” (p.96)

Religieus relativisme

Over religieus relativisme schreef hij:

“Zaken die met het grootste gemak door vooruitstrevende personen voor een groot publiek ten gehore worden gebracht, zijn over het algemeen tegenovergesteld aan de waarheid; vaak zijn onze waarheden onwaar. Hier is een voorbeeld. Er is een volzin die door een oppervlakkig liberalisme keer op keer naar voren gebracht wordt op bijeenkomsten van ethische gezelschappen en godsdienstige podia: ‘De godsdiensten van de aarde verschillen in riten en vormen, maar zij zijn gelijk in wat zij leren.’ Het is onjuist; het is het tegenovergestelde van de werkelijkheid. De godsdiensten van de aarde verschillen niet bijzonder in riten en vormen; zij verschillen grotelijks in wat zijn leren. Het is alsof iemand zou zeggen: ‘Laat je niet misleiden door het feit dat de Church Times en de Freethinker uiterlijk van elkaar verschillen, dat de een op perkament is geschilderd en de ander in marmer uitgehakt is, dat de een driehoekig en de ander rechthoekig is; lees ze, en je zult ontdekken dat ze hetzelfde zeggen.’ De waarheid is natuurlijk, dat zij in alles overeenstemmen behalve in het feit dat zij hetzelfde beweren.” (p.178)

Islam

Over de islam:

“[M]aar vanuit de woestijn, de droge zandgronden en de hitte van de zon komen de wrede kinderen van de eenzame God – de werkelijk unitariërs [een christelijke stroming die de leer van de goddelijke drie-eenheid of triniteit verwerpt] die, met het kromzwaard in de hand, de wereld tot een woestenij maken. Want het is niet goed voor God dat Hij alleen is.” (p.187-188)

Losgeslagen geloofsopvattingen

In 2010 kwam het belangwekkende boek ‘Gelijkheid als nieuwe religie – een studie over het spanningsveld tussen godsdienstvrijheid en gelijkheid’ van dr. Henk Post uit. In dit essay wordt het huidige juridische en morele spanningsveld beschreven tussen enerzijds een seculiere, op gelijkheid gebaseerde politiek en anderzijds het beroep van orthodoxe minderheden op de vrijheid van godsdienst en onderwijs om hun eigen maatstaven te mogen blijven aanleggen. Post maakt duidelijk dat gelijkheid een belangrijke waarde is, alsook een fundamentele christelijke notie. Maar als alles op de kaart van gelijkheid wordt gezet, gaat het faliekant mis. Gelijkheid als zodanig is een leeg begrip:

“Als de meerderheid definieert wat gelijkheid inhoudt, gaat dit ten koste van andere geloofsopvattingen. Dan zijn het minderheden die aan het kortste eind trekken. Het resultaat is dus ongelijkheid. (…) Het gelijkheidsbeginsel moeten we niet zo interpreteren dat elk onderscheid in de samenleving wordt weggewerkt. Dit beginsel beoogt niet om hetgeen mensen ten diepste eigen is terzijde te schuiven, maar wil juist bescherming bieden tegen achterstelling en benadeling. Het wil verschillen tussen burgers, hun onderlinge verscheidenheid, respecteren, het veronderstelt tolerantie.”
(Bron: Henk Post: Gelijkheid als nieuwe religie – een studie over het spanningsveld tussen godsdienstvrijheid en gelijkheid, Wolf Legal Publishers, Nijmegen, 2010, p.186-187.)

Chesterton schreef belangwekkende dingen over losgeslagen geloofsopvattingen:

“De moderne wereld is niet kwaad; in sommige opzichten is de moderne wereld veel te goed. Zij is vol van wilde en verspilde deugden. Wanneer een religieus denkraam wordt doorbroken … raken niet slechts de slechte eigenschappen op drift. Zeker raken deze gebreken op drift, en zijn gaan zwerven en brengen schade toen. Maar ook de goede eigenschappen gaan een eigen leven leiden, en deze deugden richten een nog grotere schade in. De moderne wereld is vol van oude christelijke deugden die doorgedraaid zijn. Deze deugden zijn doorgedraaid omdat ze van elkaar geïsoleerd zijn en alleen gingen rondzwerven.” (p.36-37)

Gelijkheid als beginsel of waarde kan nooit geïsoleerd beschouwd worden. Zo hangt het grondrecht van gelijke behandeling onverbrekelijk samen met de klassieke vrijheidsrechten. Maar gelijkheid lijkt een geïsoleerd bestaan te leiden en als zodanig brengt een verstoring van het evenwicht tussen vrijheid en gelijkheid de rechtsstaat in gevaar.

Twijfel en waarheid

Over twijfel en waarheid (nog immer actueel):

“Een mens was bedoeld om aan zichzelf te twijfelen, maar niet aan de waarheid; nu is het precies omgekeerd.” (p.37)

Het Friesch Dagblad merkte hierover op: “Nu wordt er getwijfeld aan de waarheid, maar nooit aan jezelf. Dan kom je niet tot toewijding, maar verval je in gemekker.”

“Een mens was bedoeld om aan zichzelf te twijfelen, maar niet aan de waarheid; nu is het precies omgekeerd.”

Video: ‘Orthodoxy’, Full-Length Audiobook

Reacties en ervaringen

Hieronder kun je reageren op dit artikel. Wij stellen reacties zeer op prijs. Reacties worden niet automatisch (direct) gepubliceerd. Dit gebeurt nadat ze door de redactie gelezen zijn. Dit om ‘spam’ of anderszins ongewenste c.q. ongepaste reacties eruit te filteren. Daar kunnen soms enige uren overheen gaan.